In 1938 moest 2 maal tot executie worden overgegaan, wegens achterstalligheid
der rentebetaling.
Het totaal door de bank te vorderen bedrag bij deze 2 executies bedroeg aan
hoofdsommen, renten en kosten f 13.818.94.
In het eene geval werd het onderpand geheel, in het andere gedeeltelijk door
de bank ingekocht en het verlies, bedragende f 502.94, overeenkomstig de statuten,
van de Reserve afgeschreven. Nog in 1938 werd één dezer ingekochte onderpanden
met eenige winst verkocht.
Op 31 December 1938 was in totaal van geldnemers te vorderen
wegens verschenen rente
Hierop is reeds in vorige jaren af geschrevenf 586.92
en dit jaarf 4019.80
zoodat geldnemers op de balans voorkomen wegens verschenen
rente met
en voorts voor verschenen aflossingen begrepen in annuïteiten
Totaal
f 12.057.48
f 4.606.72
f 7.450.76
f 970.08
f 8.420.84
Van dit bedrag is thans, bij het verschijnen van het verslag ruim de helft
betaald.
Reeds aan cessionarissen uitgekeerde nog te ontvangen rente en aflossingen
van in administratie zijnde hypothekenf 444.88
Het aanwezige kasgeld op ultimo December, alsmede het saldo te goed bij
den Postgirodienst bedroegen tezamen f 66.900.83.
Het te goed in rekening courant op 31 December 1938 bij diverse banken
bedroeg f 111.134.66.
Op 1 Jan. 1938 stonden de ingekochte onderpanden per saldo te
boek voorf 27.570.22
In 1938 werd ingekocht zie onder het hoofd executies
voor tezamen9.181.76
f 36.751.98
In den loop van 1938 werden verkocht 3 onderpanden, die tezamen
opbrachten f 18.315.—. De boekwaarde hiervan bedroegf 12.647.09
zoodat het saldo Ingekochte onderpanden op 31 Dec. 1938 bedroeg f 24.104.89
Per ultimo December waren nog eigendom der bank de navolgende onderpanden
1. Woonhuis met bouwland te Geffen kadaster sectie C. nummers 2557, 530,
531, 2454, groot 1.19.15 Hectare;
8
EXECUTIES.
GELDNEMERS.
CESSIONARISSEN.
KAS EN KASSIERS.
INGEKOCHTE ONDERPANDEN.