techniek van de fusie RAAD FU5 IE, X£1D- 37 mr. j. g. zwierenberg inhouden, dat de leden van de fusioneren de verenigingen zonder meer lid zouden zijn van de nieuwe combinatie. De behoefte aan een dergelijke regeling is vanzelfsprekend voor de wetgever niet onopgemerkt gebleven. Bij het ontwerpen van een nieuw burgerlijk wetboek is in eerste aanleg dan ook een bepaling opge nomen, die de fusie tot een eigen rechtsfi guur zou maken. Bij de behandeling van het ontwerp is deze bepaling echter weer geschrapt. Allereerst kwam men tot de overtuiging, dat één enkele bepaling onvoldoende was om de ingewikkelde en veel omvattende materie van de fusie te regelen. Sinds het verschijnen van het eerste be richt over de fusie tussen de Centrale Banken te Utrecht en Eindhoven is in vrijwel iedere uitgave van dit blad in meerdere of mindere mate het onderwerp „fusie" behandeld. Aan de vele aan een fusie verbonden aspecten is uitvoerig aandacht besteed, waarbij vanzelfsprekend het zwaartepunt is komen te liggen op de organisatorische kant. De wijze waarop een fusie juridisch wordt afgewikkeld daarentegen is hierbij slechts zijdelings en alleen voor zover nodig voor een juiste besluitvorming be handeld. Natuurlijk is dit niet onbegrijpe lijk. Uiteindelijk is de juridische afwer king voor het overgrote deel niet anders dan een stuk techniek om een gesteld doel te bereiken, welke ligt op het terrein van de uitvoering. Nu echter de fusie tussen de beide Centra le Banken ook juridisch zijn afronding heeft gekregen en een niet gering aantal banken zich voor de vraag geplaatst ziet of ook door hen een fusie in overweging moet worden genomen en andere deze vraag zelfs al bevestigend hebben beant woord, lijkt het nuttig ook de juridische vorm van een fusie eens nader te belich ten. Waar een fusie tussen ondernemingen in het algemeen vrijwel dagelijks voorkomt en een verschijnsel is, dat uit de huidige maatschappij nauwelijks nog weg te den ken is, zal het velen wellicht vreemd voorkomen, dat in de Nederlandse wetge ving geen regeling voorkomt, waardoor fusie tot een juridisch begrip wordt ge maakt. Wanneer over fusie wordt gesproken, be tekent dit dus altijd een samenwerking in enigerlei vorm in economische zin. In juridische zin zou hiervan sprake zijn indien in de wetgeving, bijvoorbeeld in de regels met betrekking tot verenigingen, de mogelijkheid was geopend om door middel van een besluit van een algemene verga dering twee bedrijven met alle rechten en verplichtingen samen te voegen. Een der gelijk besluit zou dan ook moeten kunnen Bovendien worden ook in E.E.G.-verband gedachten ontwikkeld om de fusie tot een juridisch feit te maken. Dit kan worden vergeleken met de procedure, die zich heeft voltrokken ten aanzien van de be sloten vennootschap en die geleid heeft tot het verschijnen van de Europese richtlij nen. In verband hiermede werd het onge wenst geacht op de ontwikkeling vooruit te lopen en thans nog niet met een Nederlandse wetgeving op dit punt te komen. Een en ander betekent echter wel, dat vooralsnog een fusie niet op eenvoudige wijze - althans niet in juridische zin - kan worden bereikt, omdat gebruik ge maakt zal moeten worden van thans wel bekende rechtsfiguren. Dit houdt in, dat twee rechtspersonen een volledig samen gaan slechts kunnen effectueren doordat de algemene vergadering van één van beide tot ontbinding besluit en al haar vermogensbestanddelen aan de fusiepart ner overdraagt dan wel doordat beiden tot ontbinding besluiten en hun bedrijf over dragen aan een nieuwe rechtspersoon, welke zij samen hebben opgericht. Hierbij zal ieder vermogensbestanddeel afzonder lijk en op de daarvoor juridisch voorge schreven wijze overgedragen moeten wor den. Zo zal onroerend goed overeenkom stig de wettelijke voorschriften slechts overgedragen kunnen worden bij notariële akte, terwijl vorderingen niet anders kun nen worden overgedragen dan door mid del van een akte van cessie. Daarnaast dient niet te worden vergeten, dat voor de overdracht van de bestanddelen, welke voorkomen op de passief-zijde van de balans, de medewerking van de crediteu ren is vereist. Uit het vorenstaande kan worden afgeleid, dat een fusie tussen twee banken strikt genomen kan worden bereikt door een voorstel tot fusie slechts ter goedkeuring voor te leggen aan de algemene vergade ring van de ontbindende bank. Het over nemen van vermogensbestanddelen door de bank, die blijft voortbestaan, behoeft immers niet de goedkeuring van de alge mene vergadering. De praktijk is natuurlijk anders. Een bank zal vanzelfsprekend niet worden ontbonden dan nadat voldoende waarbor gen zijn geschapen, dat de belangen van de leden ook in de nieuwe combinatie naar behoren zijn behartigd, terwijl zij het ook op prijs zal stellen dat de nieuwe bank duidelijk zal functioneren voor het gehele werkgebied, waar vroeger beide banken actief waren. Zo ligt het voor de hand, dat in de beheerscolleges van de bank, die juridisch blijft bestaan, personen zitting nemen uit de colleges van de bank, die in ontbinding treedt. Verder zal door de omschrijving van het werkgebied en ook uit de naam moeten blijken, dat thans voor het gehele gebied één vergrote bank gaat optreden. Deze voorzieningen kunnen echter alleen worden getroffen door wijzigingen in sta tuten en huishoudelijk reglement. Hier door is het noodzakelijk, dat ook de algemene vergadering van de bank, die juridisch blijft voortbestaan, zijn oordeel uitspreekt over de fusie. Wanneer twee banken in beginsel hebben besloten een fusie aan te gaan, blijkt het soms een niet zo eenvoudig te beantwoor den vraag, welke van beide een voorstel tot onbinding aan haar algemene vergade ring zal voorleggen. Om hierover een weloverwogen beslissing te kunnen nemen is het noodzakelijk een duidelijke inzicht te hebben welke moge lijkheden voorhanden zijn en wat de con sequenties zijn van een ontbindingsbe- sluit. In een volgend artikel zal op deze punten nader worden ingegaan.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raiffeisen Boerenleenbank' | 1972 | | pagina 39