geld- en kapitaalmarkt
geldmarkt
obligatiemarkt
34
b. van der meer en mevr. mr. h. besangon
De reeds elders in dit blad gememoreerde door De Neder-
landsche Bank ingestelde kasreserve, de verlaging van het
disconto met 1 en de openmarkt-operaties stonden in
september uiteraard in het middelpunt van de belang
stelling.
Op het eerste gezicht maken de maatregelen misschien
niet de indruk precies op tijd gekomen te zijn. In het
communiqué van de Bank wordt de disconto-verlaging
gemotiveerd als aanpassing aan de geldmarkttarieven.
Deze tarieven zijn extreem laag als gevolg van de bij
zonder ruime geldmarkt; deze toestand duurt al maanden.
Bij nadere beschouwing kon het tijdstip wel eens goed
gekozen zijn.
In Nederland wordt een kasreserve-maatregel niet door
De Nederlandsche Bank opgelegd maar komt - overeen
komstig de Wet Toezicht Kredietwezen - tot stand in over
leg met de banken. In een tijd dat de banken een belang
rijk deel van de aan hun toevertrouwde middelen niet
rentegevend kunnen maken (geldmarkt zeer ruim) zullen
zij minder weerstand bieden aan een geïnstitutionaliseerde
vorm van een renteloos tegoed bij de Bank, te meer daar
de Bank tegelijkertijd door middel van openmarkt-opera
ties een ander deel van de tot nu toe niet rentegevend te
maken gelden uit de markt neemt tegen een redelijk
rentepercentage.
In dit licht bezien was dit geen slecht ogenblik om de
kasreserve-overeenkomst weer in te voeren.
Omdat een verplichte kasreserve, gecombineerd met open
markt-operaties een deel van de geldmarktliquiditeiten
bindt en dit. met de afdrachten vennootschapsbelasting
in het vooruitzicht, zeker tijdelijk, aanleiding zal kunnen
geven tot een krappere markt, was de discontoverlaging
een logische stap. Reeds de verwachting dat de markt
krap zal worden, kan een forse stijging van de tarieven
tot gevolg hebben. Dit gebeurde in feite ook in de markt
toen het totale pakket van maatregelen nog niet bekend
was en zoals gebruikelijk allerlei geruchten de ronde
deden. Een belangrijke stijging van de geldmarktarieven
zou tot gevolg kunnen hebben, dat opnieuw geld uit het
buitenland naar ons land stroomt en dat moet nu juist
voorkomen worden. Daarin ligt namelijk de huidige oor
zaak van de ruime markt.
De Bank heeft dan ook duidelijk uit laten komen, dat het
haar politiek blijft om een zekere ruimte op de geldmarkt
te handhaven. In de loop van september is dit in de prak
tijk ook gebleken. Het kasreserve-percentage wordt per
week bekendgemaakt, waarbij vooraf - behoudens de-
viezenafdrachten - een maximumpercentage voor een
vier-weeks-periode wordt vastgesteld. Voor de eerste vier-
weeks-periode is het maximum op 2% gesteld. In de
eerste ,,week" moest inderdaad 2% worden aangehou
den, (500 miljoen), voor de tweede week (28/9 t/m 4/10)
moet 1 worden aangehouden (250 miljoen).
Tegelijkertijd werd door de Bank voor bijna overeenkom
stige perioden Amerikaans schatkistpapier aan de banken
verkocht, respectievelijk 835 miljoen en 371 miljoen.
Per 29 september liep deze laatste transactie af en de
Bank kwam toen niet op nieuw met een openmarkt-trans
actie.
Verwacht wordt dat - nu grote belastingbetalingen plaats
vinden (zie boven) - het kasreservepercentage in elk ge
val niet verhoogd zal worden en de verkoop van schat
kistpapier voorlopig achterwege blijft.
De markttarieven voor de korte perioden zijn door deze
maatregelen ongeveer verdubbeld, (3 maands kasgeld
5/9 7s 29/9 13A
In het algemeen kan worden aangenomen, dat de markt -
zoals hiervoor uiteengezet onder sterke invloeden van de
beleidsmaatregelen van De Nederlandsche Bank terzake
- voorlopig geen snel stijgende prijzen te zien zal geven,
waarbij uit de aard der zaak met name internationale ver
storende invloeden roet in ons voorspellings-eten kunnen
gooien.
Evenals in de maand augustus kon voor de obligatiemarkt
in september een vaste stemming geconstateerd worden.
Het koersdrukkend effect dat begin van de maand door
de maatregelen van De Nederlandsche Bank ter afroming
van de geldmarkt dreigde te ontstaan, werd opgeheven
door de bijna gelijktijdige aankondiging van een disconto
verlaging.
De belangstelling voor de obligatiemarkt kwam voorname
lijk van binnenlandse zijde. De buitenlandse belangstelling
voor de Nederlandse obligaties nam sterk af. De premie
voor de O-gulden liep in de loop van de maand terug van
5% naar 174 tot 2 7o. Parallel hiermee stonden de koer
sen van de Eurogulden-notes, die alleen door buitenlan
ders gekocht mogen worden, onder druk. De verminderde
belangstelling uit het buitenland kan verklaard worden
door een betere tendens voor de koers van de dollar als
mede de meer aantrekkelijke rente in het buitenland. Het
rente-aspect heeft bij de buitenlandse vraag naar guldens
in het afgelopen jaar toch een grote rol gespeeld.
Dat ondanks het aanbod van buitenlandse zijde de koer
sen van de obligaties sterk konden stijgen was te danken
aan de grote binnenlandse vraag. Door het uitblijven van
grote leningoperaties met name door het uitblijven van
een Staatslening was het aanwezige materiaal op de
obligatiemarkt te schaars om de huidige binnenlandse
liquiditeiten geheel onder te brengen.
Door de grote liquiditeitsruimte ziet het er momenteel niet
naar uit dat de rente veel invloed zal ondervinden van een
versterkt beroep op de kapitaalmarkt hetzij van overheids
wege, hetzij van de zijde van het bedrijfsleven. De rente
stand zal in de toekomst eerder bepaald worden door de
rente-ontwikkeling in het buitenland.