de rijksgroepsregeling zelfstandigen 32 wie komen in aanmerking? vorm van de uitkering bestemming de aanvraag bijzondere bepalingen inlichtingen Vele zelfstandige ondernemers worden met de regelmaat van een klok geconfron teerd met de noodzaak van het zoeken naar financieringsmogelijkheden voor hun bedrijf of bepaalde onderdelen ervan. De steeds stijgende inkoopprijzen, de dwang om voortdurend aansluiting te zoeken bij moderne marktontwikkelingen, waardoor aanschaf van nieuwe machines, interieurs of omschakeling op een ander assortiment nodig blijken en tijdelijke afzetmoeilijk- heden, vormen slechts een greep uit een scala van problemen, waarmede de onder nemer in het midden- en kleinbedrijf voortdurend wordt beziggehouden. Velen van hen doen met succes een be roep op onze banken en anderen slagen erin om een door de overheid gegaran deerde financiering te verkrijgen. Toch is er nog een groep zelfstandigen, die door wat voor oorzaken dan ook, bui ten de beide bovengenoemde financie ringsmogelijkheden valt. Er bestaat ook voor deze ondernemers een mogelijkheid tot het verkrijgen van een op een bepaald ogenblik noodzakelijk bedrijfskapitaal. Het gaat hier om een zogenaamde Rijksgroepsregeling Zelfstan digen, een regeling die nader aangeeft hoe de Algemene Bijstandswet met betrekking tot zelfstandigen moet worden toegepast door de gemeentebesturen. Diegenen, die reeds een normaal bankkre diet ontvingen of met succes een beroep hebben gedaan op de mogelijkheid tot het verkrijgen van een Rijksgarantiekrediet of voor wie beide bovengenoemde mogelijk heden open staan, kunnen geen beroep doen op deze regeling. Kan men echter, gelet op de bij de beide financieringsvormen geldende normen, hierop geen beroep doen, dan kan de Rijksgroepsregeling Zelfstandigen van toepassing zijn, zij het natuurlijk onder zekere voorwaarden. Een daarvan is, dat de ondernemer be kwaam moet zijn voor het uitoefenen van zijn functie. Daarnaast dient de verwachting te be staan, dat hij na het verstrekken van bij voorbeeld een lening tegen gematigde voorwaarden, zijn bedrijf of beroep met voldoende resultaat kan blijven uitoefe nen. Let wel: de regeling kan van toepassing zijn. Het is namelijk mogelijk, dat de R.Z. niet van toepassing is, omdat de betrokke ne ook zonder financiële hulp, welke dan ook, kan blijven beschikken over de mid delen om in zijn bestaan te voorzien door een betere bedrijfsvoering. Dit zal bij voor beeld bereikt kunnen worden door een doelmatiger produktieplan, besparing op arbeidskosten, het aantrekken van een deskundige kracht, enz. Doch als derge lijke maatregelen onmogelijk zijn en de enige oplossing in een kapitaalsinjectie gelegen is, dan kan de R.Z. wèl worden toegepast. En dat niet alleen voor kleine bedrijven, maar ook voor grotere, die in hun voortbestaan bedreigd worden. De regeling kent twee soorten uitkering, al of niet in combinatie: a. de uitkering in de vorm van bedrijfs kapitaal: rentedragende leningen, ren teloze leningen en bedragen om niet; de looptijd van de leningen is veelal 10 jaar; de rente bedraagt normaliter 5%; deze uitkeringsvorm kent geen maximum b. gedurende enige tijd een wekelijkse uitkering om niet ter grootte van 1 tot IV2 maal het wettelijke minimumloon ter voorziening in de kosten van levens onderhoud. Bij het verstrekken van het bedrijfskapi taal wordt aangegeven hoe het bedrag moet worden besteed. Gewoonlijk heeft dit voor een belangrijk deel betrekking op de betaling van achterstallige bedrijfs schulden. Daarnaast komt het voor, dat een deel van de lening wordt bestemd voor het op niveau brengen van een be drijf. Hieronder is te verstaan assortiments verbetering, uitbreiding veestapel, enz. Op deze manier is het soms mogelijk het be drijf uit de marginale sfeer te halen, waar bij - mede gezien de tendens tot schaal vergroting - voorkomen wordt, dat in de toekomst weer financiële moeilijkheden ontstaan. Ook is het mogelijk een bedrag beschik baar te stellen, gericht op het ter hand nemen van een ander bedrijf of beroep. Om in aanmerking te komen moet de aan vraag ingediend worden bij de gemeente. De ondernemer kan het zelf doen, maar het is ook mogelijk, dat een ander namens hem dit verzorgt. Veelal is dit iemand van één van de organisaties in het bedrijfs leven, maar ook wordt het wel door de plaatselijke bank gedaan. De gemeente verzoekt dan aan de Provin ciale Directie voor de Bedrijfsontwikkeling in de landbouw resp. aan het Borgstel lingsfonds voor het midden- en klein bedrijf of aan een ander adviesorgaan (bij voorbeeld het Centraal Instituut voor het midden- en kleinbedrijf) om rapport be treffende de financieel-economische si tuatie. Voor het verstrekken van bedrijfskapitaal boven 7.500,- heeft de gemeente instem ming van de Minister van Cultuur, Recrea tie en Maatschappelijk Werk nodig. Bij ver zoeken van gemeenten om bedrijfskapitaal te verstrekken van 25.000,- en meer, moet de Minister de Centrale Commissie Zelfstandigen horen, alvorens een be slissing te nemen. In deze commissie zijn vertegenwoordigd de overheid en het georganiseerde bedrijfsleven waaronder de „schappen". Uiteraard kan in dit korte bestek niet de gehele regeling onder de loep worden ge houden. Nadere inlichtingen kunnen steeds schriftelijk of telefonisch worden verkre gen bij het ministerie van CRM, onderafde ling Zelfstandigen, Steenvoordelaan 370 Rijswijk ZH.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raiffeisen Boerenleenbank' | 1972 | | pagina 34