slotopmerking 11 echter, dat de hierbij betrokken landbouwbedrijven een goedgekeurd ontwikkelingsplan hebben. Hierboven kon slechts globaal de inhoud van de ont werpbesluiten worden weergegeven. Velen zullen in het komende jaar genoodzaakt zijn in de teksten van de besluiten te duiken om te zien, of er een subsidie voor hen inzit. Dat zal niet steeds gemakkelijk zijn, want de teksten zijn bepaald niet glashelder. Er is al gevraagd om een beroepsprocedure voor het geval de uitvoerende instanties volgens een betrokkene de regels niet goed hebben toegepast. Voor dit laatste is alles te zeggen, want tenslotte zijn er door de Brusselse besluiten rechten gegeven aan landbouwbedrijven, welke hen niet mogen worden onthouden. Hoe zal deze nieuwe politiek gaan uitwerken? De menin gen hierover verschillen. Er zijn er die vinden, dat alleen bedrijven met lage inkomens in aanmerking komen en dat deze daartoe eigenlijk te slecht zijn gestructureerd. Overigens mag niet vergeten worden, dat wanneer een bedrijf nu een inko men heeft dat ver boven de 20.000 gulden vergelijkbaar inkomen ligt, dit bedrag vaak wel bereikt wordt, wanneer men dit omrekent door eerst de rente voor grond en kapitaal in mindering te brengen en vervolgens op de norm van de maximum arbeidsduur te stellen. In het kader van de stimulering van de werkgelegenheid heeft de minister van Landbouw de subsidie voor verbouwing en herstel van agrarische bedrijfsgebouwen (in samenwerking met het O.- en S.-fonds) opengesteld voor alle provincies met uitzondering van de randstad. Hierdoor zou althans wat de bedrijfsgebouwen betreft (lees: veehouderij) een aantal gevallen, waarvoor slechts met zeer grote moeite een aanvaardbaar ontwikkelings plan kan worden opgesteld, geholpen zijn. Deze bedrij ven worden dan niet gedwongen grote investeringen te doen om voor subsidie in aanmerking te komen. Op deze wijze moet de weg vrijgemaakt worden voor de echte ontwikkelingsbedrijven. Het is te verwachten, dat deze in 1973 van start kunnen gaan. Toevallig kreeg ik het blad van de medewerkers van de Centrale bank in handen. Er stond een puzzel in met de volgende opgave: Wie met het minste aantal woorden, daarbij gebruikmakend van de laatste lettergreep, wist te komen van Raiffeisenbank naar Boerenleenbank werd winnaar. Dat intrigeerde me en thuis snuffelde ik wat in mijn woordenboek. Ik vond na enige tijd de oplossing. Om u zoeken te besparen geef ik die maar even: Raiffeisen bank - banknota - taboe - Boerenleenbank. Een zeer korte weg dus om tot elkander te komen. Zo is het althans in puzzels, overdacht ik bij mezelf. Maar toen zag ik toch wel wat meer overeenkomst. Onze kortste weg tot elkaar ging immers ook vaak via nota's en taboe's. Bekijk maar eens de stapel publikaties die rondom, in en na de fusie nodig was en doe daar in gedachten nog eens bij wat komen zal. Dat is bij elkaar wel wat meer dan twee woorden. In de puzzel gaat het dan verder via taboe. Ook daarvan zijn er in de loop van de laatste twee jaar al heel wat opgeruimd en voordat we echt helemaal één zijn, zullen er nog wel wat moeten verdwijnen. Dan pas zijn we echt helemaal bij elkaar. En dan natuurlijk onder de nieuwe roepnaam Rabobank. Ik sprak enkele lieden, die vonden dat maar niks. Het was zo gewoon. Waren daar nou van die vast wel heel dure specialisten voor nodig geweest. Een kind kon immers de was doen. Oppervlakkig beschouwd lijkt het wel zo, maar het is ermee als met dat beroemde verhaal van het ei van Columbus. Al die knappe omstanders wisten niet hoe het moest en Columbus deed even pats en krak, daar stond het ei. En iedereen maar roepen van, zo kan ik het ook. Ik wil maar zeggen, die kritiek geeft toch wel aan, dat in ieder geval is gekozen voor een voor de hand liggende naam. Dat is belangrijk! Als je hem de eerste keer proeft, denk je misschien: Hm, niet zo lekker, niet zo verfijnd. Maar later proef je hem niet meer en is hij net zo gewoon geworden als brood van alledag. En dat was toch juist mede de bedoeling van die naam: alledaags zijn en gemakkelijk, gewoon te gebruiken zonder dat je hoeft te proeven. Nee ik heb met Rabo-raba-rabank geen enkele moeite. En naast de officiële argumenten nog eentje van mij. De nieuwe naam geeft de telefoniste gelegenheid tot een wat zangeriger annonceren dan nu: Rabobank, pompom- pom Iemand zei, dat rabo in 't Spaans 'staart' betekent. Dan krijgt toch nog die man gelijk, die me eens somber voorspelde: Die fusie van jullie krijgt vast nog wel een staartje! Cas Sier

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raiffeisen Boerenleenbank' | 1972 | | pagina 13