de onderwerpen die er behandeld worden geen dagje uit" gemengde groepen 14 Het programma ziet er welgevuld uit. Om afgestudeerd te raken dient men 5 jaar lang elk jaar 2 dagen ter conferentie te komen. Op deze 10 dagen worden dan achtereenvolgens de onderwerpen behandeld: 1e jaars: THEMA: DE BESTUURSFUNCTIE BIJ EEN COÖPERATIEVE RAI FFEISEN BAN K/BOEREN LEEN BANK Onderwerpen eerste dag: a. Het bankwezen en De Nederlandsche Bank b. Plaats en werkwijze van de Raiffeisen-Boerenleenbank- organisatie Onderwerpen tweede dag: a. Het bestuursbeleid in de praktijk b. Werkwijze van een Coöperatieve Raiffeisenbank/Boe- renleenbank volgens wet en statuten 2e jaars: THEMA: HET ONTWIKKELINGSBELEID BIJ DE COÖPE RATIEVE RAI FFEISEN BANK/BOERENLEENBANK Onderwerp eerste dag: Het dienstenassortiment en het denken vanuit de markt Onderwerp tweede dag: Het personeelsbeleid 3e jaars: THEMA: DE FINANCIERING DOOR DE COÖPERATIEVE RAI FFEISEN BAN K/BOEREN LEEN BANK Onderwerp eerste dag: De kredietbeoordeling en - verstrekking Onderwerp tweede dag: De kredietbewaking 4e jaars: THEMA: DE INTERNE BEDRIJFSVOERING BIJ DE COÖPE RATIEVE RAIFFEISENBAN K/BOEREN LEEN BANK Onderwerp eerste dag: De interne organisatie Onderwerp tweede dag: De rentabiliteit van het bedrijf 5e jaars: THEMA: VEILIGHEID, VERANDERING EN VISIE BIJ DE COÖPERATIEVE RAI FFEISEN BAN K/BOEREN LEEN BANK Onderwerp eerste dag: Veiligheid, gecentraliseerd in On derlinge Garantie Fondsen Onderwerp tweede dag: De veranderende Raiffeisen- bank/Boerenleenbank in de veranderende maatschappij De opmerkzame lezer zal gezien hebben dat vrijwel het gehele terrein van onze coöperatieve banken wordt doorgenomen en dat het beslist niet beschouwd dient te worden als een dagje uit en goed eten en drinken. Neen, er dient intensief gewerkt te worden en de organisatoren proberen het uiterste uit de dag te halen. Dat is wel eens vermoeiend, maar heeft er wel toe geleid dat, toen het vorige seizoen aan de „Utrechtse" deelnemers die de hele cyclus hadden gevolgd, gevraagd werd wat ze er van vonden, er éénparig gezegd werd: doorgaan, daar mag niet mee gestopt worden. Dat nu is een verblijdend geluid, zij gunden dus hun collega-bestuur- ders graag wat zij zelf ook gehad hadden! Maar waarschijnlijk werd er óók heel duidelijk mee bedoeld dat men, zelfs na het vijfde jaar, nog door wilde gaan! Dat is er echter dit seizoen niet bij, omdat de werkzaam heden die met de harmonisatie van deze opzet verbonden zijn toch wel zo ingrijpend zijn dat eerst het volgende seizoen zal worden beslist of er voor „oudgedienden" of „afgestudeerden" nog een vervolg mogelijk zal zijn. Wel blijkt er uit, dat de zware dagen in goede aarde vielen, ook al was het „geen dagje uit"! De bestuurdersconferenties hebben ongetwijfeld de pri meur wat betreft het in groepsverband aan één tafel zitten van bestuurders van Boerenleenbanken en Raiffeisenban- ken. Het feit doet zich namelijk voor dat in de gebieden waar zowel Raiffeisenbanken als Boerenleenbanken zijn gevestigd, de functionarissen van beide banken uitgeno digd worden om aan de conferentiedagen deel te nemen. Uiteraard betreft dit dan de eerste jaars lesstof. Door de Utrechtse organisatie werd bij de uitvoering van de conferenties dankbaar gebruik gemaakt van de dien sten van de Instituten voor Landbouwcoöperatie. Ook in de nieuwe opzet is deze wijze van uitvoering gehand haafd en dat leidde ertoe dat door de Instituten voor Landbouwcoöperatie voor Friesland, voor Groningen/- Drenthe, voor Gelderland/Overijsel en voor West Neder land aan alle banken uitnodigingen verzonden zijn om zich voor deze conferentiedagen op te geven. In het hoge noorden zullen dan de deelnemers voorname lijk afkomstig zijn van Raiffeisenbanken maar in het midden en westen van ons land zullen sterk gemengde

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raiffeisen Boerenleenbank' | 1972 | | pagina 16