h.c.b.
11
maken door hun verkopen in Nederland te vergroten
maar kunnen de Franse en Italiaanse markt niet bereiken.
Hetzelfde geldt voor de handelaren in Nederlands
rundvlees. Verder bestaat er een aanzienlijk verschil in
kwaliteit van rundvlees binnen de Euromarkt.
Het tweede, de verschillen in kwaliteit, kan een verklaring
zijn voor het eerste, het niet doorwerken van prijsdalin
gen. De vraag is echter of dit een volledige verklaring is:
zouden de Fransen en Italianen blijven weigeren een
mindere kwaliteit vlees te eten wanneer de prijs daarvan
aanzienlijk lager is? Dit vraagstuk is een mooie kluif voor
experts.
Er is al bijna een jaar een dreiging geweest, dat er een
einde komt aan de export van hammen naar de Verenigde
Staten. Deze export is voor de producenten (boeren
zowel als verwerkende industrie) van groot belang en het
wegvallen ervan zou tot een druk op de prijsvorming van
het varkensvlees in het algemeen leiden en ook een slag
voor de werkgelegenheid zijn.
De export naar de Verenigde Staten werd in gevaar
gebracht door de strenge eisen, welke door de Ameri
kaanse gezondheidsdienst aan de ingevoerde produkten
worden gesteld. Wanneer aan het vlees maar iets
mankeerde of wanneer de slachterijen niet aan hoge
eisen voldeden, dan werd de betrokken partij vlees
geweigerd en moest worden teruggehaald. Er is in ons
land nogal wat argwaan over deze Amerikaanse zindelijk
heid, omdat bekend is dat de Amerikanen ook steeds
bezwaar hebben gemaakt tegen de invoer van hammen,
welke door toedoen van een E.E G.-exportsubsidie (of zo
men wil restitutie) goedkoper dan in E.E.G. op de
Amerikaanse markt worden verkocht. Tegen het laatste is
door de Amerikanen zonder veel succes bezwaar ge
maakt en de strenge gezondheidseisen konden wel eens
de stok zijn, die gevonden moest worden om de hond te
slaan.
Er is naast dit alles het laatste half jaar een element
bijgekomen. Het bleek nl. dat in de grondstoffen voor
veevoer welke uit o.m. Argentinië werden ingevoerd,
voorkwam: hexachloorbenzeen - kortweg H.C.B.
Dit verdelgingsmiddel voor onkruid, dat ook wel in ons
land wordt gebruikt, bleek in het varkensvlees terug te
vinden te zijn. Deze giftige stof hoopt zich op in het vet
van mens en dier en oefent zijn schadelijke werking uit
wanneer iemand vermagert, b.v. ais hij om andere
redenen ziek wordt.
Nu is het met dit soort van zaken altijd een kwestie van
hoeveelheid, want elke stof is schadelijk wanneer er een
teveel van is; met kleine hoeveelheden gif hebben wij
leren leven en daar behoeft men zich dan ook niet al te
druk over te maken. Het is echter gevaarlijk om met een
kwestie als het H.C.B. in veevoer te spotten. De
autoriteiten die over de menselijke gezondheid waken
hebben zowel in Amerika als in ons eigen land vastge
steld dat deze stof schadelijk is en eigenlijk niet in
menselijk voedsel mag voorkomen.
Men kan nu proberen de stof uit het voer voor varkens
te houden, maar het reeds geïmporteerde of gecontrac
teerde voer zal dan zijn weg zoeken naar b.v. het
rundvee.
Het produktschap voor Veevoeder zal radicale maatrege
len moeten nemen teneinde verdere schade aan onze
afzet van veehouderijprodukten te voorkomen.
De zucht van vrouw en kinderen naar lichtzinnig vermaak
aan gouden, zonovergoten stranden, omspoeld door de
schuimende frisheid van het parelende, kristalheldere
water onder de eeuwig azuren luchten - zoals onze
toeristische tekstdichters dat zouden noemen - was
voor mij mede aanleiding onszelf een vakantiereis te
verkopen in zuidelijke richting. Ik wilde me eens persoon
lijk bezighouden met een onderzoek naar de door mij al
eerder aan de orde gestelde problematiek van het
geldwisselen in Italië.
Nou mensen, dat is me wat hoor.
Daar ik in eigen persoon alle boodschappen deed, omdat
we selfsupporting waren, kwam ik zeer frequent in aan
raking met dat vraagstuk.
Dag in, dag uit ontving ik caramels, zuurtjes, pepermunt
jes en chocolaatjes, alles even fraai verpakt in kleurige
papiertjes en immer een geldswaarde vertegenwoordi
gend, welke niet hoger was dan 10 cent.
Ook ontving ik wel eens wat duurdere zaken, als de
kassa's kennelijk geheel leeg waren. Zo heb ik wel
ontvangen enige pakjes smeerkaas van het merk Bel
Paese, een miniatuurpotje jam, een sappige perzik, die
helaas tussen de boodschappen bekneld raakte en een
maal zelfs een pakje tandestokers.
Men drukt je dat alles in de handen met een vanzelfspre
kendheid, die je in het begin niet gemakkelijk afgaat,
maar die de Italianen met doffe berusting ondergaan.
Daarbij gaat het gewoonlijk om het afronden van vrij
grote bedragen met overigens vrij kleine waarde tot een
rond bedrag, dat minstens op twee nullen eindigt. Veel
erger is het, als men in zijn onschuld een kleine aankoop
wil voldoen met een biljet van 10.000 lire.
Aarzelt men soms uw biljetje van duizend aan te pakken
en werpt men je bij een biljet van 5.000 lire verwijtende
blikken toe van zulk een intensiteit, dat men zich een
grote schurk voelt, dat is allemaal nog niets vergeleken
bij 10.000 lire.
Bij het tonen alleen al van de fraaie kop van de grote
Michelangelo, welke op dit biljet prijkt, ontketent men een
storm van afgrijzen. Kermend werpt de verblekende
negociant de handen in de lucht onder het slaken van de
klassieke kreet Mamma mia!
Gebeurt dit een onschuldige toerist op de eerste dag van
zijn verblijf, dan meent hij dat de bank thuis hem heeft
bedrogen en hem weliswaar nieuwe en fraai gedrukte
doch kennelijk valse biljetten heeft uitbetaald. Gelukkig
voor onze naam als bankier, blijkt dat niet waar te zijn.
Wie immers al of niet gespeeld onbegrip toont, wordt na
even wachten beloond met diepe zuchten en droeve
blikken, waarna de nieuwe bezitter van het biljet uit het
achterhuis een handvol biljetten haalt en u die overhan
digt. Niet natuurlijk, zonder toch nog 10 lire tekort te
komen en u in plaats daarvan weer een fijne caramel te
presenteren. In mijn geval deden daarna de tandestokers
weer goede diensten.
Gelukkig voor de toerist nemen deze problemen slechts
een klein deel van de tijd in beslag. Er blijft voldoende
gelegenheid over om volop te genieten van Italië, zijn
goede keuken en zijn prettige gastvrijheid.
Cas Sier