monetaire perikelen 17 minder zwaar geteld dan anders het geval is. De conclusie moet dan ook wel zijn, dat de zorg van deze economen in feite politiek is gemotiveerd en dat hun economische argumenten slechts als bijkomende argu menten moeten worden beschouwd. De rust in de monetaire wereld is maar van korte duur geweest. Ditmaal zakte het Engelse pond door de mand. In de beroering van eind vorig jaar maakte deze munt een ongewoon gezonde indruk: de betalingsbalans en andere monetaire gegevens gaven geen reden tot onge rustheid. De moeilijkheden van meer fundamentele econo mische aard hebben ten slotte toch doorgewerkt in het monetaire vlak. Men mag aannemen, dat de Britse regering een devalua tie op het moment van toetreden tot de Gemeenschappe lijke Markt zou hebben geprefereerd; Frankrijk heeft wat dat betreft reeds in 1958 het voorbeeld gegeven. Het is de Britten echter uit de hand gelopen. De gevolgen voor het landbouwprijspeil zijn dezelfde als bij de devaluatie van de Franse franc enkele jaren geleden: de afstand van het Britse prijspeil tot dat van de Gemeenschappelijke markt is groter geworden. Het zal voor de Britse huisvrouw betekenen, dat haar inkopen door de toetreding tot de E.E.G. nog duurder zullen gaan worden. Er valt vanuit het Verenigd Koninkrijk dan ook straks weinig steun te verwachten voor een verhoging van het Europese prijspeil. Dit effect kan iets worden verminderd, wanneer reeds dit jaar de prijzen voor landbouwproducten in het Verenigd Koninkrijk stijgen, doordat voor de Engelsen de wereldmarkt, waarop zij voor de voedselvoorziening zo zijn aangewezen, veel duurder is geworden. In de Europese Gemeenschap is men de nieuwe monetai re golfslag te boven gekomen. Het was wel nodig om de Italianen een extra steun te geven; in de gemeenschappe lijke landbouwpolitiek is men aan dergelijke afkoop transacties reeds gewend, zij het dat het daarbij de Italianen vaak moeilijk valt het in Brussel verdiende geld ook werkelijk te besteden. Ook is door de devaluatie van het pond de discussie verschoven over de vereenvoudi ging en eventuele afbraak van de compenserende heffin gen, welke sinds vorig jaar in de E.E.G. bestaan. Wat een ieder wel duidelijk is geworden, dat is dat men niet kan blijven volstaan met het knutselen aan de monetaire symptonen, maar dat er meer eenheid van economische politiek in Europa moet komen om monetaire verstoringen te voorkomen. Met een verontschuldigend lachje in mijn richting sprak een van mijn medewerksters door de telefoon: Nee, die een beetje dikke meneer, dat's de baas". De anderen deden alsof ze niets hadden gehoord, maar voor mij was de tijd aangebroken om me eens met mijn lijn te gaan bemoeien, vond ik. Ik ging wat minder eten, nam geen suiker meer in de koffie en wandel in de avonduren een uurtje langs de wetering. Dat bevalt me best en zo ging ik welgemoed enige dagen geleden weer op pad. Ferm stapte ik door langs de waterkant. Weinig auto's langs de weg. Eén passeerde me en stopte wat verderop. Een geheimzinnige hand deponeerde een grijze plastic zak in het gras van de berm, waarna de auto in snelle vaart verdween. Mopperend op de milieuvervuilers liep ik door en kwam bij de plek des onheils. Ik keek ernaar en greep. Eigenwijs natuurlijk, want waar moet ik naar toe met een zak vuilnis. Maar enfin, m'n nieuwsgierigheid speelt me vaak parten. Het leek alsof de zak leefde. Een levende plastic zak? Een beklagenswaardige zdk, die klagelijk piepte en onderhuids wriemelde. U begrijpt het al. Toen ik na veel moeite de knoop had losgewurmd en in de zak keek, zag ik zes kleine balletjes wol met natte plekjes neus en mond en halfopen glimoogjes. Als de automobilist heeft ontvangen wat ik hem toewen ste, is hij niet meer thuisgekomen, die vrind, die vrind. Ik zat daar geknield in het gras vol aandacht in de zak te loeren. Opeens klonk achter me een stem, die ik danig vreesde: Wat doe jij daar, Sier? Met een knerpende schok van schrik schoot ik overeind en ja, hoor, naast haar damesfiets model 1910, stond vinnige mevrouw Fretstraten. Oudere lezers hebben meen ik al eerder met haar kennisgemaakt. Stamelend legde ik haar uit, dat ik echt niet van plan was om jonge poesjes te verdrinken en dat een boze automobilist ze daar had neergelegd. Dat ik een held was, die ze van een gewisse dood aan de waterkant had gered. Aan haar ogen en haar geknepen mond zag ik dat ze me niet geloofde. Ze liet me toch uitpraten en zei toen vernietigend: Nou ja, jij zal het ook niet zijn! Na op die wijze een oordeel te hebben geveld over mijn levenswandel, stapte ze op haar fiets en verdween. Ik heb ze dus maar meegenomen. De volgende dag zijn ze beneden door de meisjes geadopteerd. Lief zijn ze, maar wel lastig. Maak zo'n kleintje eens duidelijk, dat er niet geplast mag worden in de bak met grootboekkaar- ten. Enfin, u weet het nu vrienden. Heeft u last van muizen in huis, kluis of archief? Gratis af te halen (bijna) zindelijke katertjes bij Cas Sier.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raiffeisen Boerenleenbank' | 1972 | | pagina 17