orgf 26 raiffeisen- hypotheekbank algemene vergadering evenwichtige verhouding die tussen de batenvermeerdering van 25 en de kos tenstijging ter grootte van 24'/2 be stond. Ook blijkt uit de resultatenrekening dat het uitgegeven bedrag voor ontwikke lingskosten aangesloten banken in 1971 lager is geweest dan in 1970. Dit vormt een aanwijzing dat de rentabiliteit van de banken die zich in de voorheen ontgon nen gebieden hebben gevestigd, geleide lijk verbetert. Het bestuur verwacht dat de uitbreiding van het kantorennet van de organisatie in de komende jaren een minder stormachtig karakter zal dragen dan in de laatste jaren het geval is geweest. Uitgaande van de functie van de Raiffeisen-organisatie in de zoge naamde retail-banking-sfeer blijft aanpas sing van het net van vestigingen aan de behoeften die in de bevolkingscentra aanwezig zijn, echter geboden. Het eigen vermogen van de Centrale Bank is in het verslagjaar blijkens de balansgegevens toegenomen met 51 miljoen tot een bedrag van 252 miljoen, inbegrepen het winstsaldo 1971. De rela tieve omvang van dit eigen vermogen is exact gelijk aan die van 1970, namelijk 4,4 van het balanstotaal. Aldus de spreker. De vergadering verenigde zich zonder hoofdelijke stemming met de rekening en de verantwoording van het bestuur, evenals met het voorstel om aan de winst over 1971 ad 18.564.133 ver meerderd met het onverdeelde saldo ulti mo 1970 ad 76.979 te zamen 13.641.112 de volgende bestemming te geven: toe te voegen aan de algemene reserve 8.500.000; toe te voegen aan de reserve gebouwen 10.000.000; over te brengen naar nieuwe rekening 141.112. 0 Tijdens een schorsing van de algemene vergadering van de Coöperatieve Cen trale Raiffeisen-Bank is op 9 mei jl. in de Julianahal in Utrecht de algemene verga dering van het Onderling Raiffeisenga- rantiefonds gehouden. Zij verenigde zich, nadat zij haar goed keuring had gehecht aan de notulen van de op 18 mei 1971 gehouden algemene vergadering, met de rekening en verant woording van het bestuur over 1971. Uit de toelichting die mr. C. Th. E. Graaf van Lijnden van Sandenburg hierop gaf bleek, dat bij Afdeling A in 1971 18 schadegevallen werden uitbetaald. Dat is aanmerkelijk minder dan in 1970 het geval was. Toen werden 30 schadegeval len uitbetaald. Op 31 december 1971 waren nog 7 schadeclaims in behande ling. Het bedrag van de schadeuitkeringen en gereserveerde schadeuitkeringen kwam in 1971 op 92.000 tegen ƒ207.000 in 1970. Afdeling B honoreerde in het ver slagjaar 3 schadeclaims, terwijl aan het einde van het jaar nog 4 schadeclaims in behandeling waren. De uitkeringen en gereserveerde uitkeringen bij Afdeling B bedroegen in 1971 rond 2 miljoen tegen 0,5 miljoen in 1970. Onder Afdeling C werden 58 schade claims uitbetaald tegen 37 in 1970. Het gemiddelde bedrag van de uitkeringen was echter aanzienlijk lager dan in 1970. Het bedrag van de uitkeringen en gere serveerde uitkeringen bedroeg slechts 14.341 tegen 108.225 in 1970. De grote meerderheid van de schaden uit hoofde van kredietverzekering had in het verslagjaar betrekking op persoonlij ke leningen, hetgeen een verklaring vormt voor het lage gemiddelde bedrag van de schaden. De drie afdelingen gezamenlijk gaven een nadelig saldo bij A van 201 De drie afdelingen gezamenlijk gaven een nadelig saldo te zien van 796.012, gespecificeerd als volgt: een voordelig saldo bij A van ƒ201.564; een nadelig saldo bij B van 1.430.056; een voorde lig saldo bij C van 432.480. De vergadering ging akkoord met het voorstel van het bestuur om van het voordelig saldo van Afdeling A 100.000 toe te voegen aan de reserve en 101.564 te boeken op de premierestitu- tierekening. Voorts om het nadelig saldo van Afdeling B om te slaan over de leden en tenslotte om van het voordelig saldo van Afdeling C 200.000 toe te voegen aan de reserve en 232.480 te boeken op de premierestitutierekening. Er werd niet beraadslaagd en niet hoofde lijk gestemd. Dat gold ook voor de aanneming van een wijziging van de statuten, verband houdende met de ko mende fusie. Eveneens gedurende de schorsing van de algemene vergadering van de Coöpera tieve Centrale Raiffeisen-Bank is de vergadering van aandeelhouders van de Raiffeisenhypotheekbank gehouden. Zij benoemde tot registeraccountant voor onderzoek van de jaarrekening de firma Moret en Limperg en verkoos mr. C. Th. E. Graaf van Lijnden van Sandenburg tot lid van de Raad van Commissarissen. Ook verenigde zij zich zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming met een

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raiffeisen Boerenleenbank' | 1972 | | pagina 28