punt 7 van de agenda:
fusiebesluit
22
toelichting
algemene vergadering
door applaus met deze korte huldiging
in.
Na een korte toelichting door mr. C. Th.
E. Graaf van Lijnden van Sandenburg
hechtte de vergadering zonder discussie
en zonder hoofdelijke stemming haar fiat
aan een wijziging van de dispensatiere
geling.
De wijziging betreft de minimale aflos
sing voor leningen aan privaatrechtelijke
rechtspersonen en natuurlijke personen
en houdt in, dat de minimale aflossing,
die was vastgesteld op 4% per jaar
wordt teruggebracht tot 3'/3°/o per jaar. De
maximale looptijd der leningen wordt
daardoor gebracht op dertig jaar.
O
De behandeling op de algemene verga
dering van het voorstel tot fusie van de
Coöperatieve Centrale Raiffeisen-Bank
met de Coöperatieve Centrale Boeren
leenbank te Eindhoven, had dank zij de
discipline, die de afgevaardigden zich vrij
willig hadden opgelegd een kort en een
waardig verloop.
De spanning in de zaal was voelbaar.
Het was duidelijk dat de stemgerechtigde
leden voor een uiterst gewichtige beslis
sing stonden.
In de afgelopen tijd was gebleken dat
zeer velen zich vóór de fusie zouden
verklaren. Het voorstel moest echter met
een gekwalificeerde meerderheid aan
vaard worden. Die meerderheid móest
bereikt worden, wilde de fusie een feit
worden, aangenomen uiteraard, dat ook
de algemene vergadering van de Coöpe
ratieve Centrale Boerenleenbank in Eind
hoven zich ermee akkoord verklaren
zou.
Voorzitter van Beekhoff vestigde nadruk
kelijk de aandacht op de noodzaak van
de gekwalificeerde meerderheid. Het
voorstel zou alleen aangenomen verklaard
kunnen worden, als tweederde deel
van het aantal leden aanwezig of verte
genwoordigd was en van de aanwezigen
minstens drievierde deel zich vóór de
fusie uitsprak. Op het ogenblik, waarop
mr. Van Beekhoff dit mededeelde, was de
presentatielijst door 575 van de 638
banken getekend. Hij kon derhalve con
stateren, dat het quorum aanwezig was.
Mr. C. Th. E. Graaf van Lijnden van
Sandenburg, het voorstel toelichtend,
vond dat hij weinig nieuws meer kon
vertellen, leder had volop de gelegenheid
gehad de schriftelijke stukken, die over
de fusie verschenen zijn, uitvoerig te
bestuderen. In het jaar 1970 is op de in
mei gehouden algemene vergadering
voor het eerst over fusie gesproken. Uit
die besprekingen resulteerde het „groene
boekje".
In 1971 volgde de oprichting van de
Coöperatieve Raiffeisen-Boerenleenbank.
De heer Van Lijnden herinnerde aan de
unanieme aanvaarding op de vergadering
in 1971 van de motie-Vondeling en aan de
aanwijzing van negen mensen van de
Utrechtse organisatie en negen van de
Eindhovense, die tot taak kregen de fusie
voor te bereiden in de Commissie van
18. Er was wél voldoende vertrouwen in
de leiding van beide Centrale Banken,
maar men achtte de zaak zó belangrijk
en men wist alle aangesloten banken zó
nauw bij de fusie betrokken, dat deze
Commissie van Achttien, benoemd in juli
1971, nuttig en noodzakelijk geoordeeld
werd.
Zij heeft zes keer vergaderd, waarna een
discussienota samengesteld kon worden,
die ter bespreking aan de Centrale Ring-
vergadering werd aangeboden en die
vervolgens naar de Ringvergaderingen
ging. In december 1971 volgde weer een
Centrale Ringvergadering, die de opmer
kingen van de achtendertig Ringen be
sprak. Deze opmerkingen speelden een
rol in de concept-statuten en reglementen,
die op hun beurt aan de Commissie van
Achttien werden voorgelegd. Deze Com
missie vergaderde weer vijfmaal en stelde
de definitieve concepten vast. Op 3 maart
1972 zijn ze aan alle aangesloten banken
toegestuurd en in april werden zij in de
Ringvergaderingen besproken. Men kon
zich er wel mee verenigen, maar verlangde
toch een wat duidelijker toelichting. Men
heeft een goede vorm voor deze toelich
ting kunnen vinden en die, vergezeld van
enkele redactionele wijzigingen, aan de
Ringen toegestuurd. Eenzelfde intensieve
behandeling ervan vond plaats in de
Eindhovense organisatie.
Nadrukkelijk wees de heer Van Lijnden
van Sandenburg erop, dat het spel zo
open mogelijk is gespeeld, leder kon
inspraak hebben. De voor de Raiffeisen-
organisatie uiterst gewichtige zaken zijn
zeker niet geregeld in kleine kring. Hij
verzekerde, dat het bestuur terdege reke-