opening
verkiezingen
afscheid van
de heer g. k. wijk
mT
In de weer fraai met bloemen versierde,
enorme Julianahal aan de Graadt van
Roggenweg in Utrecht opende mr. R. J.
van Beekhoff om ruim tien minuten over
elf de massale vergadering, waaraan een
intensieve organisatorische voorbereiding
vooraf gegaan was. Hij heette alle aan
wezigen hartelijk welkom, niet alleen de
zeer talrijke schare vertegenwoordigers
van de aangesloten banken, maar ook en
in het bijzonder de genodigden. Onder
deze laatsten begroette hij speciaal de
vertegenwoordigers van de Eindhovense
zusterorganisatie.
„Het is waar, u bent hier als gast
aanwezigzo zei hij, „maar in het afge
lopen jaar hebben wij zoveel gemeen
schappelijke herinneringen gekregen en
elkaar zo goed leren kennen, dat ik u
nauwelijks meer als gasten zie. Ik zie u
veeleer als huisvrienden en ik zou eigen
lijk al huisgenoten willen zeggen; dat
mag ik echter nog net niet!"
Vervolgens richtte de heer Van Beekhoff
zich tot dr. A. J. Verhage die, naar hij
verzekerde, als geen ander de verant
woordelijkheid op zijn schouders gevoeld
heeft en zich heeft ingezet voor het
samengaan van beide centrale organisa
ties. ,,U hebt de inspanning ervaren, die
voorafgaat aan de geboorte van een
nieuwe Centrale Bank en thans hebt u
als het ware het eerste deel van uw taak
afgerond en voor ons neergelegd", aldus
mr. Van Beekhoff, die onder applaus van
de vergadering dr. Verhage namens de
hele organisatie hartelijk dank zegde
voor dit alles.
Uiteraard zinspeelde de voorzitter in zijn
openingsrede op de fusievoorstellen.
„We zijn in het vierenzeventigste jaar
van onze Centrale Bank", zei hij, „en als
de voorstellen aanvaard worden, zal dat,
in zeer formele zin althans, ook het
laatste jaar worden. We doen daar niet
droevig over, want er wenkt een gewel
dig perspectief". Mr. van Beekhoff hoop
te, dat de vergadering na de grondige,
puur-democratische voorbereidingen van
de fusie haar positieve beslissing met de
grootst mogelijke meerderheid zou ne
men. Naar zijn oordeel was dit de juiste
weg: „Een weg, waarop wij onszelf
kunnen blijven: wij zullen al die waarden
behouden, die wij van ouds, gezien onze
afkomst en ons doel, essentieel achten.
Dat is vastgelegd in de ontworpen statu
taire regelingen en ik mag ook zeggen,
dat de intentie van de toekomstige lei
ding van de nieuwe Centrale Bank daar
voor borg staat".
Mr. Van Beekhoff besloot zijn met applaus
bekroonde speech met de opwekking
om, wanneer zich meningsverschillen
mochten openbaren, met name wat be
treft de fusievoorstellen, vertrouwen te
stellen in ieders goede bedoelingen.
Voordat de vergadering aan de behande
ling van het hoofdpunt van de agenda -
het besluit tot fusie met de Coöperatieve
Centrale Boerenleenbank te Eindhoven,
medebrengende de overdracht van alle
activa en passiva van de Coöperatieve
Centrale Raiffeisen-Bank aan de Coöpe
ratieve Raiffeisen-Boerenleenbank te Am
sterdam en de ontbinding van de Coöpe
ratieve Centrale Raiffeisen-Bank - toe
kwam, behandelde zij enkele huishoudelij
ke zaken. Gewoontegetrouw werkte zij
zich daar snel doorheen, mede dank zij
het doeltreffende voorbereidende werk,
dat was verricht.
Zij keurde zonder beraadslaging en zon
der hoofdelijke stemming de notulen van
de algemene vergadering van 18 mei
1971 goed en herbenoemde met 557 van
de 571 geldig uitgebrachte stemmen mr.
C. Th. E. Graaf van Lijnden van Sanden-
burg tot lid van het bestuur. De gekoze
ne was aan de beurt voor periodieke
aftreding.
Tot plaatsvervangend lid van het bestuur
herbenoemde de vergadering met 561 van
de 571 geldig uitgebrachte stemmen mr.
R. J. van Beekhoff, wiens last als zodanig
was geëindigd.
In de Raad van Toezicht werden de
heren Jac. Sonneveld en G. W. Leuvelink
herkozen met resp. 549 en 536 stemmen.
Ter voorziening in de vacature, ontstaan
door het niet weer beschikbaar zijn van
de heer G. K. Wijk, werd benoemd de heer
T. Meijer Jzn, voorzitter van het bestuur
van de Coöperatieve Raiffeisenbank
„Grijpskerk". Hij verenigde 536 van de 569
geldig uitgebrachte stemmen op zich.
Voorzitter mr. Van Beekhoff voelde zich
gedwongen bij het aftreden van de heer
G. K. Wijk uit Uithuizermeeden, als lid van
de Raad van Toezicht enkele woorden
tot deze veteraan in de Raiffeisen-organi-
satie te spreken.
De heer Wijk, die in 1907 geboren is,
zou nog lid van de Raad van Toezicht
kunnen blijven, maar hij heeft er de
voorkeur aan gegeven af te treden, zo
deelde de voorzitter mee. Hij herinnerde
aan de functies, die de heer Wijk bij de
bank in Uithuizermeeden vervuld heeft en
aan zijn huldiging ter gelegenheid van
zijn vijfendertigjarig bestuurslidmaatschap
van die bank. In 1964 werd hij lid
van de adviescommissie van de Gro
ningse bank en tevens lid van de Raad
van Toezicht. Mr. Van Beekhoff dankte de
heer Wijk, die thans rustend landbouwer
is, voor alles wat hij voor de Raiffeisen-
organisatie gedaan heeft en vooral voor
de voortreffelijke wijze, wèarop hij het
lidmaatschap van de Raad van Toezicht
vervuld heeft. De vergadering stemde
ti3