utrecht stemt vóór de fusie 6 Het duurde 55 minuten. Hoofd voor hoofd brachten de leden van de Utrechtse Coöperatieve Centrale Raiffeisen- Bank in de Algemene Vergadering op 9 mei hun stem uit. Van de 638 banken hadden 575 de presentielijst ge tekend. Meer dan 2/3 van de leden was aanwezig en alleen met de steun van ten minste 3/4 deel van hen kon het fusiebesluit tot stand komen. De voorstemmers waren al dadelijk in de meerderheid, maar bij de stemming bleek al gauw, dat op de tien vóórstemmers telkens ongeveer één tegenstemmer voorkwam. Het eindresultaat was in totaal 588 stemmen, waarvan 575 stemmen uitgebracht werden door de plaatselijke banken en 13 door leden van het Bestuur en van de Raad van Toezicht. Van die stemmen waren er 536 vóór het fusievoorstel en 52 tegen. Het voorstel is dus aange nomen. Uitvoerig verslag wordt in het volgende nummer opge nomen. Nadat de voorzitter van de vergadering, mr. R. J. van Beekhoff, en de voorzitter van het Bestuur, mr. C. Th. E. Graaf van Lijnden van Sandenburg, in korte, kernachtige bewoordingen het fusievoorstel hadden aanbevolen, kwamen enkele sprekers uit de vergadering aan het woord. De heer Roodenburg van de Raiffeisenbank Abcoude was de eerste. Deze verklaarde vóór de fusie te zijn, doch tegen de voorgestelde statuten. Abcoude had overwogen haar standpunt in een motie neer te leggen, maar zag daar van af, omdat men geen meerderheid zou kunnen krijgen. Daar een ,,ja" aan de fusie ook beschouwd zou worden als een ,,ja" voor de concept-statuten wekte Abcoude op tegen de fusie te stemmen. Hierna was het woord aan de heer Kloosterboer van de Raiffeisenbank Doesburg. Deze bespeurt bij Abcoude en andere een gebrek aan vertrouwen. Er moge bij de voor bereiding van de stukken wel eens iets hebben gehaperd, de laatste toelichting op de statuten geeft blijk van een benadering, waarmee men alleen maar gelukkig kan zijn. Een toelichting, die meebepalend zal zijn voor de uitleg. Hij memoreert de goede discussie, die hierover is geweest in de Centrale Ringvergadering. De heer Kloosterboer zegt daarom vertrouwen te hebben in de voorgestelde rege lingen. Die garanderen een inbreng van beneden naar boven en van boven naar beneden. Hij zal om die redenen voor het besluit stemmen en wekt de vergadering op dit ook te doen.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raiffeisen Boerenleenbank' | 1972 | | pagina 8