in woorden
en miljoenen
eerste kwartaalverlichting
46
In het eerste kwartaal van het lopende jaar heeft de
effectenportefeuille van de aangesloten banken een
vrij sterke uitbreiding ondergaan. Dit was vooral een
gevolg van de ruimere liquiditeitspositie waarin een aantal
aangesloten banken, na de sterke middelengroei en de
beperkte uitzettingsmogelijkheden van 1971, verkeren.
De uitstaande kredieten in rekening-courant vertoonden
in het eerste kwartaal een daling van 29 miljoen, te
vergelijken met een stijging van circa 30 miljoen in
dezelfde periode van de beide voorgaande jaren. Vooral
bij de aangesloten Raiffeisenbanken was sprake van een
sterke daling van het uitstaande bedrag in vergelijking
met voorgaande jaren. Niet ongunstige prijsontwikkelingen
enerzijds en de desondanks geringe investeringsanimo
anderzijds in een aantal agrarische sectoren moeten als
de belangrijkste oorzaken voor deze ontwikkeling worden
beschouwd.
Na de medio 1971 ingezette relatieve daling van de vraag
naar nieuwe leningen is deze in het eerste kwartaal weer
duidelijk aangetrokken. De verstrekkingen van nieuwe
leningen lagen dan ook aanzienlijk hoger dan in 1971.
De hierboven reeds genoemde relatief ruime liquiditeits
positie van een groot aantal banken en de opschorting
van de kredietbeperkende maatregelen hebben daarbij
een rol gespeeld. Belangrijker achten wij echter de
invloed van de gunstige weersomstandigheden en vooral
van de verlichting van de leningsvoorwaarden op de
vraag naar woningbouwleningen.
De groei van de toevertrouwde middelen bewoog zich
in de verslagperiode op ongeveer hetzelfde niveau als in
het eerste kwartaal van 1971. Weliswaar was de aanwas
van spaargelden, met name in maart, iets lager dan in
1971, maar daar stond een sterkere stijging van de
middelen op rekeningen-courant tegenover. De eerste
gegevens van april duiden erop, dat in die maand de
inlegoverschotten op spaarrekeningen aanzienlijk hoger
zijn dan in april 1971.
N.B.
In de miljoenen van ons vorige nummer is een foutje
geslopen. In de tabel van de spaarresultaten werd boven
de kolom spaartegoeden 29 februari als datum vermeld;
dit moet 31 januari zijn.