jaarverslagen
1971
20
dr. d. wind
De tour de force is achter de rug. De jaarverslaggeving
is een seizoenaffaire, die vele handen en hoofden
bezighoudt en wel zo intensief, dat na afloop een zucht
van verlichting opstijgt die de werksfeer merkbaar doet
veranderen.
Wel beschouwd zijn over 1971 weer ruim 1200 verschil
lende jaarverslagen door de groep, die zich ,,de coöpera
tief georganiseerde banken" mag noemen, uitgebracht.
Een typisch staaltje van verscheidenheid in eenheid. Een
aanwijzing ook, dat in de coöperatieve organisatie de
plaatselijke Raiffeisenbank en Boerenleenbank meer zijn
dan delen van een landelijk geheel. De eigen verslagge
ving vertolkt de eigen verantwoordelijkheid binnen het
territoir waarop de bank werkzaam is.
Het is niet mogelijk in deze korte nabeschouwing in te
gaan op de inhoud van de totaliteit van 1200 verslagen
1971. Wij willen ons beperken tot een aantal opmerkingen
over de verslagen van de centrale instellingen. Ook
daarbij past opnieuw een zelfbeperking, want de gang
van zaken in onze organisaties is al eerder in het
maandblad aan de orde gesteld (zie februarinummer).
Rondom de gang van zaken is echter een achtergrondbe
lichting gegeven in de vorm van algemene beschouwin
gen over conjunctuur, marktontwikkeling, enz. Wij willen
ons in het navolgende daarop concentreren.
Eerst een opmerking van algemene aard. Met een beetje
goede wil ontdekt men in de kleuruitvoering van de
verslagen een zekere verwantschap met het opschietende
en uitspruitende voorjaarsgroen. Een voorbode van de
zomer. Op dit thema Variërend zouden wij de verwach
ting willen uitspreken, dat ook organisatorisch gezien, de
zomer zich aandient, waarin de bloeiwijze van de „twee
en één" (twee centrales en het nog moeilijk definieerbare
tijdelijke orgaan dat wel „Amstelveen" wordt genoemd)
zal overgaan in „twee in één". Straks hopelijk geen drie
verslagen meer, die te zamen de werkelijkheid van het
centrale gedeelte van onze organisaties moeten aange
ven, doch één algemeen verslag van de coöperatieve
centrale bank.
Wat het algemene tekstgedeelte van de verslagen betreft,
mogen wij de aandacht vestigen op het volgende:
1. De fusievoorbereiding bevindt zich in een vergevor
derd stadium. Dat staat te lezen in de „aanbiedingsbrief"
aan de leden, waarmee de verslagen van de centrale
banken openen. Het jaar 1972 kan het beslissende jaar
worden, wanneer de aanstaande Algemene Vergaderingen
akkoord gaan.
2. Economisch gezien liggen er moeilijke vraagstukken
op een oplossing te wachten. Het internationale geldstel
sel is zijn ruggegraat kwijtgeraakt. Bovendien is van
economisch evenwicht in de zin van het bereiken van een
toestand van volledige werkgelegenheid, stabiel prijsni
veau en betalingsevenwicht al langere tijd geen sprake
meer. Beide verschijnselen houden verband met elkaar.
Om tot een oplossing te komen, zullen er zowel nationaal
als internationaal vaste gedragslijnen moeten worden
ontwikkeld. Anders gezegd: er is behoefte aan coöpera
tief gericht denken en handelen. Doch de geest van
samenwerking is niet een ieder aangeboren. We hopen er
niettemin het beste van.
3. De E.E.G. staat voor een belangrijke nieuwe fase door
toetreding van nieuwe landen en door het voornemen
inhoud te geven aan een economische en monetaire unie.
De gevolgen zijn nog nauwelijks te overzien, doch het