gelijk, maar toch een beetje
anders
toezien op
9
weer een opvallend „organisatorisch trekje" naar voren.
Geheel passend voor de Algemene Vergadering is echter
weer, dat zij de leden van Raad van Beheer en Raad van
Toezicht benoemt, schorst en ontslaat en ook de leden
van de Hoofddirectie kan schorsen en ontslaan.
De Algemene Vergadering wordt gevormd door de „coöpe
ratieve banken". De statuten spreken dus niet meer
van „coöperatieve landbouwkredietbanken". Sommigen
zullen dit betreuren, maar onze banken hebben zo'n
brede ontwikkeling doorgemaakt, dat het onjuist zou zijn
hen als uitsluitend landbouwkredietbanken te blijven
betitelen. Wel - en dat lijkt ons goed gezien - laten de
statuten duidelijk blijken, dat de banken een gespeciali
seerde taak hebben op het terrein van de agrarische
financiering. De landbouw hoeft beslist niet te vrezen, dat
de vanouds bestaande, speciale relatie tussen haar en
de coöperatieve banken straks zal bekoelen.
Doordat de ene bank in de loop der jaren zich veel
sterker heeft kunnen ontwikkelen dan de andere is het
thans zo, dat de aangesloten banken onderling grote
afwijkingen in omvang vertonen. De statuten houden
hiermee, in bescheiden mate, rekening (zgn. gedifferen
tieerd stemrecht). De leden worden al naar de grootte van
hun balanstotaal in drie groepen onderscheiden: de leden
van de groep kleine banken krijgen één stem, van de
middengroep twee stemmen, en die van de groep grote
banken ieder drie stemmen. Een en ander is zo bere
kend, dat geen der afzonderlijke groepen de beide
andere kan overvleugelen.
Wil men zien hoe de bedrijfsaangelegenheden van de
Centrale Bank geregeld worden, dan zal men als vanzelf
sprekend allereerst naar de bepalingen omtrent het
„Bestuur" en de „directie" willen kijken. Snel zal dan
opgemerkt worden, dat de statuten deze termen niet
gebruiken, maar spreken van Raad van Beheer en
Hoofddirectie. Beide zijn „organen" van de Centrale
Bank, ook de Hoofddirectie, wat dus betekent, dat hun
taken en bevoegdheden rechtstreeks aan de statuten
ontleend worden. Aan die beide organen is het „bestuur"
van de Centrale Bank opgedragen.
De Utrechtse organisatie kent in haar huidige statuten,
anders dan de Eindhovense, deze verdeling van het
„bestuur" over twee organen niet. Dit punt is dan ook
zeer uitvoerig besproken en is ook in ons februari
nummer al behandeld.
De reden voor de twee organen is, op zijn kortst gezegd,
dat de praktijk de verdeling nodig maakt en dat de
voorgestelde regeling aansluit bij de reeds bestaande
toestand.
Ondertussen blijft er verschil tussen beide organen. De
Raad van Beheer stelt de richtlijnen vast, waaraan de
Hoofddirectie bij haar taak gebonden is. Zeer belangrijk
voor de Raad van Beheer is de bepaling, dat zij bevoegd
is tot het geven van algemene regels aan de aangesloten
banken. Dat zijn andere algemene regels dan de Algeme
ne Vergadering geeft. De laatste betreffen het organisato
risch terrein, terwijl de Raad van Beheer zich met name
met bancaire regels bezig zal houden, bij voorbeeld t.a.v.
de liquiditeit, kredietbeperking, dispensatie, e.d. De
Hoofddirectie heeft de overige bestuurstaken, zoals het
doen van bankzaken en beheerdaden; zij voert ook de
besluiten van de Algemene Vergadering en van de Raad
van Beheer uit. Alles overeenkomstig de richtlijnen van
de Raad van Beheer.
Omdat de Raad van Beheer en de Hoofddirectie samen
de Centrale Bank besturen - zij het ieder met eigen
statutaire taak en bevoegdheid - is voorgeschreven, dat
zij, de een met de ander, bestendig overleg moeten
onderhouden.
De Raad van Beheer heeft natuurlijk niet uitsluitend met
de bedrijfskant te maken, de Hoofddirectie trouwens
ook niet. Met name echter van de Raad van Beheer kan
gezegd worden, dat die ook in de organisatie van de
vereniging een belangrijke rol speelt. Daarvan zijn tal van
voorbeelden in de statuten aan te wijzen, bij voorbeeld
de Raad van Beheer beslist over toelating, ontzetting en
opzegging van resp. aan een lid. Sprekend is in dit
verband ook d,at de voorzitter van de Raad van Beheer
de leiding van de Algemene Vergadering heeft.
Voor ieder vertrouwd en begrijpelijk zal het zijn, dat de
statuten een Raad van Toezicht kennen. Als we ons
bekende onderscheid nog even mogen hanteren, hebben
we hier nu echt een „verenigingsorgaan", dat toeziet op
(ook) het bedrijf. De statuten zeggen het beter en
vollediger: toezien op de beleidsvoering van de Centrale
Bank en op de naleving van hetgeen in de wet, de
statuten en het reglement is voorgeschreven.
In het verlengde van deze taak liggen de vele andere
onderwerpen, waarbij de statuten aan de Raad van
Toezicht een rol toe denken op het gebied van overleg
of goedkeuring, van beroepsinstantie of van bindend
advies, van benoeming en schorsing.
Niet onvermeld mag blijven, dat de voorzitter van de
Raad van Toezicht tevens als voorzitter van de Centrale
Kringvergadering optreedt. Zoals in de voorzitter van de
Raad van Beheer, die immers ook voorzitter van de
Algemene Vergadering is, als het ware een bestuursor
gaan en het voornaamste verenigingsorgaan elkaar ont
moeten, zo komen in de voorzitter van de Raad van
^rVcfrf'Erë'Lenffaïe EsaTnrTïrnet behartigen "van nc fWTWTt'jt'n'Vari'v
Iks ter voortzetting van de activiteiten van de Coöperatieve Cen
ihoven en de Coöperatieve Centrale Raiffeisen-Bank te Utrecht
iet bevorderen van de oprichting, instandhouding en ontwikkeli
>anken, mede ter financiering van het agrarische bedrijfsleven;
Ie uitoefening van het bankbedrijf in de ruimste zin van het woc
loor op te treden als Centrale Bank voor haar leden;
et verrichten van handelingen welke bevorderlijk zijn te achten
Vl omschrevep' '>den.
z