7
Achttien en de drie door de commissie opgestelde nota's,
en hij schetste hoe op basis van de uitkomsten van de
vorig jaar gehouden kring- en ringvergaderingen concept
statuten zullen worden geformuleerd, welke aan het
oordeel van de organisaties zullen worden getoetst.
Hierna zette dr. Verhage nog uiteen welke vorderingen er
zijn gemaakt bij het overdragen van bancaire en daarmee
samenhangende activiteiten aan de nieuwe samenwer-
kingscoöperatie. Ook gaf hij een overzicht van de
verschillende werkgebieden en hoofdafdelingen.
Hij voorspelde, dat indien beide algemene vergaderingen
in mei van dit jaar definitief tot het aangaan van de fusie
zouden besluiten, dank zij de vele voorbereidingen de
volledige eenwording van beide centrale banken voor het
einde van 1972 een feit zou kunnen worden.
Hij deelde nogmaals mede, dat het niet in de bedoeling
ligt dat reeds nu plaatselijke banken van beide organisa
ties overgaan tot fusioneren. Hiermede dient gewacht te
worden tot na de realisatie van de definitieve gemeen
schappelijke centrale bank.
Wel is het advies gegeven, waar mogelijk het beleid te
harmoniseren en een praktische samenwerking na te
streven. In een aantal gevallen is plaatselijk reeds uiting
gegeven aan de bereidheid tot het aangaan van een fusie
in de nabije toekomst.
Ten slotte maakte dr. Verhage nog gewag van de in ons
blad reeds eerder ter sprake gebrachte aankoop van het
door de aanwezige persvertegenwoordigers werden
vele vragen afgevuurd op de leden van de hoofddirectie
achter de tafel
gebouw Kronenstede te Amstelveen, waarin tegen het
einde van dit jaar de Coöperatieve Raiffeisen-Boerenleen-
bank W.A. - managementscentrum van de organisaties
- ruimere huisvesting zal vinden. Met betrekking tot de
personeelsbezetting aldaar worden thans prognoses voor
korte en langere tijd opgesteld. Er zal in ieder geval
voldoende ruimte zijn, gezien de totale vloeroppervlakte
van 10.000 m2.
Hierna ging de voorzitter van de hoofddirectie in op de
gang van zaken bij het georganiseerde coöperatieve
bankwezen. De naar voren gebrachte ontwikkeling vindt
de lezer geschetst in ons artikel 1971 in kort bestek, dat
elders in dit nummer werd opgenomen.
Door de aanwezige persvertegenwoordigers werden
daarna vele vragen afgevuurd op de leden van de
hoofddirectie achter de tafel, die allen intensief meewerk
ten bij het beantwoorden.
Er werden vragen gesteld over de kredietverlening en
over de toevertrouwde middelen, maar evenzeer over de
stand van zaken bij het automatiseren van de administra
tieve handelingen en nieuwbouwplannen op dit gebied.
Ook het karakter van onze beide organisaties werd in
verschillende vragen aan de orde gesteld, waarbij men
soms veronderstelde, dat de raiffeisenbanken en boeren
leenbanken steeds minder bemoeienis hebben met de
financiering van landbouwbedrijven.
Uit het antwoord hierop bleek echter dat momenteel ca.
90 van het vreemde vermogen op lange termijn,
exclusief familievermogen, in de landbouw wordt gefour
neerd door onze banken.
Veel aandacht ook voor de onstuimige ontwikkeling van
de reismarkt.
Kortom elk facet van het werk van de beide organisaties
en vooral ook van de interne voorbereidingen voor de
fusie ontmoette veel aandacht bij de pers.
De uitgebreide voorlichting hierover tijdens deze pers
conferentie zal ongetwijfeld op prijs zijn gesteld.
De persconferentie is een nuttige zaak, dat bleek nog
eens in de positieve benadering van het coöperatieve
bankwezen in de verslagen, die wij de volgende dag in
de grote dagbladen konden lezen.