een veilig gevoel samenspel 29 1 de consumenten onderling verschillen. Ook zijn zij bij de individuele consument gedurende zijn leven aan verander ingen onderhevig. Men zou willen sparen voor de kleine kinderen in het gezin, voor een eigen woning, voor de inrichting van een huis, voor een vakantie etc. De consument zal er echter dikwijls nog niet toe zijn gekomen in deze spaarbehoeften te voorzien. Een duwtje in de rug door de bank zal hem welkom zijn. Dit duwtje in de rug kan echter pas op goede wijze worden gegeven, indien de bank appelleert aan een van de hiervoor genoemde specifieke spaarmotieven. In deze gedachtengang moet de bank eigenlijk niet zozeer de spaargelden werven door te wijzen op de rente, maar veeleer door de consument te wijzen op het bestaan bij hem (haar) van bepaalde specifieke behoef ten. Van „rentespaarrekeningen" dus naar „doelspaar- rekeningen". Ook op financieringsterrein moet men de behoeften bij de consumenten niet onderschatten. Het is immers niet onwaarschijnlijk dat vele consumenten, nadat zij voor een bepaald doel spaarmiddelen hebben bijeengebracht, op het moment van de betreffende besteding voor het aanspreken van het spaartegoed terugdeinzen, omdat zij niet gaarne het veilige gevoel van iets op de bank te hebben staan (reservevorming) willen missen.* Op zo'n moment ontstaat derhalve bij de cliënt een financieringsbehoefte, waar de bank moeilijk langs heen kan gaan, wil zij althans geen afbreuk doen aan haar goede naam als leverancier van financieringsmiddelen. Ook uit een oogpunt van een goed financieel advies kan de bank er soms goed aan doen de cliënt te adviseren de in beperkte mate gevormde besparingen als reserve fondsen aan te houden en bijvoorbeeld de inrichting van het huis door de bank te laten financieren. De gebruikswaarde van de goederen bestrijkt immers een langere tijd en waarom zou de bank ten opzichte van de privéhuishouding zich anders opstellen dan ten opzich te van de bedrijfshuishouding? Andere behoeften van de cliënten liggen op het gebied van zekerheid (leven en schade), op het gebied van veiligheid (nachtkluis, safeloketten), maar bovenal op het vlak van een persoonlijke benadering door de bank. Het is duidelijk dat de financiële behoeften het meest gevoeli ge deel zijn van het totale behoeftenschema van de cliënt. Daarom is een persoonlijke en aangename wijze van behandelen door de medewerkers bij de banken van zeer groot belang. De in het voorgaande genoemde behoeften van consu menten, stellen hoge eisen aan onze spaarvormen, onze financieringsvormen, het verzekeringspakket en vooral ook aan de bankgebouwen en de mensen die erin werken. Deze eisen kunnen worden vertaald in evenzovele taken die de centrale banken en de aangesloten banken wach ten. Alleen door een hecht samenspel tussen de centrale banken en de aangesloten banken kunnen deze taken op goede wijze worden uitgevoerd. Men kan ook zeggen dat door een hecht samenspel tussen centrale banken en aangesloten banken de intensivering van de marketing in onze organisatie gerealiseerd kan worden, waarop eerder in dit artikel werd gewezen. Een tweede punt van groot belang hierbij is dat de vele activiteiten die moeten worden ontplooid, planmatig worden aangepakt. De plan ning op korte, middellange en lange termijn zijn der halve evenzeer taken die de centrale banken en de aangesloten banken wachten. Op het hier aangeduide verband tussen de marketing en de planning zal echter in het volgende artikel nader worden ingegaan. In een artikel in het Financieele Dagblad van 31-12-1971 werd door dr. A. J. Verhage gewezen op het feit dat veel gespaard wordt voor het vormen van zogenaamde reservefondsen.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raiffeisen Boerenleenbank' | 1972 | | pagina 31