(wat ons bezighoudt]
wob
wob
4
EEN PAPIEREN BANK?
De jonge, in december 1970 door de
Utrechtse en Eindhovense Centrale Ban
ken gezamenlijk opgerichte Coöperatieve
Raiffeisen-Boerenleenbank W.A. heeft ze
ker niet over gebrek aan belangstelling
te klagen gehad. Soms is die bank in de
pers meteen maar bestempeld als de
tastbare, kolossale concentratie van het
tot nu toe over twee organisaties ver
spreide coöperatieve bankwezen. Men
leek weieens vergeten te zijn, dat die
nieuwe bank op zich zelf helemaal nog
geen fusie betekent, maar dat ze slechts
bedoeld is om het samengaan tussen de
twee Centrale Banken en hun organisa
ties voor te bereiden. Ook in onze eigen
kring is uitgebreid over deze Raiffeisen-
Boerenleenbank gepraat en geschrevan.
Met name het doel en de middelen, die
voor het bereiken van dat doel worden
aangewend, zijn uitvoerig besproken.
Dit alles moge zo zijn, maar ondertussen
lijkt het er wel een beetje op dat onze
nieuwe creatie een bank is geworden,
waar je over praat en desnoods over
schrijft, maar waarvan je nooit een con
creet, tastbaar beeld voor ogen krijgt.
Is het een soort Chinese papieren tijger:
een beest wat niet is dat men denkt dat
het is, omdat het er helemaal niet is?
Gelukkig kunnen we de lezer helemaal
geruststellen. Het is geen papieren bank.
Die schijn is er nog op het moment, dat
dit artikel geschreven wordt (begin de
cember 1971), maar zal verdwenen zijn,
wanneer het iii druk verschijnt. Om even
in beeldspraak te blijven: de eerste glimp
van de tijger zal opgevangen worden in
de loop van december 1971. Dan wordt
het kantoorgebouw in Amstelveen be
trokken, de Hoofddirectie betrekt daar
zijn zetel, personeel krijgt er zijn stand
plaats en de concrete werkzaamheden
nemen een aanvang op een breder ter
rein dan tot nu toe.
Wij hadden graag in dit eerste nummer
wat meer over onze Amstelveense bank
willen schrijven, niet alleen om het doel,
dat ze nastreeft, maar eenvoudig over
wat ze is en hoe ze werkt. Helaas is dat
nog te vroeg; het is nu nog te veel zo'n
papieren bank. Zeer binnenkort zal de
bank echter meer zichtbaar voor binnen-
en buitenwacht een eigen leven gaan
leiden.
Overigens is „eigen leven" hier zeer
betrekkelijk. Het doel is immers de voor
bereiding van de fusie. Deze bank is
geen doel in zich zelf. Als straks de
beide Algemene Vergaderingen tot de
fusie mochten besluiten, dan zal de bank
plaats moeten maken voor of omgezet
moeten worden in de ene nieuwe ge
meenschappelijke Centrale Bank. Dan
komt ook de volle taak aan de orde, die
zij nu alleen maar helpt voorbereiden.
Men denke trouwens over de voorberei-
dingstaak niet gering! Daar moet heel
wat voor gedaan worden!
Voorshands en voorlopig zal er dus in
Amstelveen de Raiffeisen-Boerenleen
bank zijn. We hopen er in de toekomst in
dit blad wat meer over te vertellen,
vooral over zaken, waarvan zeer aanne
melijk is, dat zij, ook nadat de fusiebe-
sluiten genomen mochten zijn, door de
dan optredende nieuwe Centrale Bank
onveranderd worden overgenomen. Op
dat overnemen moet immers de voorbe
reidende taak zijn gericht. Het voorberei
den moet, wil het goed geschieden, onte
genzeggelijk voortdurend die nieuwe
Centrale Bank, voor ogen houden. Wij
zelf ondervinden bij het schrijven van dit
stukje daarvan al de verplichtingen, die
dat oplegt! Graag hadden we voor onze
Coöperatieve Raiffeisen-Boerenleenbank
W.A. een afkorting gebruikt. We hadden
dan kunnen schrijven over bijvoorbeeld
de CRB, de Corabo, de Rabo, de Raibo
of nog andere fraaie samenstellingen kun
nen bedenken. Zorgvuldig, met enig
kunst- en vliegwerk hebben we dat ver
meden. Want maar al te snel zou zo'n
afkorting kunnen inburgeren en zou een
precedent geschapen zijn voor de thans
nog niet vaststaande naam van de even
tuele nieuwe Centrale Bank. Dat mag
niet, maar lastig is het wel!
ACTIEPROGRAMMA VOOR APPELEN EN
PEREN
De Nederlandse fruitteelt gaat nog een
zeer moeilijke tijd tegemoet. Zonder dras
tische maatregelen, waarbij overheidshulp
niet kan worden gemist, zullen vele bedrij
ven deze periode niet kunnen overleven.
Het is mogelijk, dat slechts de verouderde
bedrijven de crisis zullen doorstaan, maar
de moderne bedrijven verloren zullen gaan.
Dat rapporteert A. D. Little in zijn „Action
Program for Apples and Pears". Een rap
port, dat het resultaat is van een onder
zoek naar de levensvatbaarheid van de
Nederlandse appel- en pereteelt, in op
dracht van het Ministerie van Landbouw en
Visserij.
Het rapport komt tot de conclusie, dat in
Nederland mogelijkheden aanwezg zijn
voor een rendabele fruitteelt.
Het moderne Nederlandse bedrijf wordt in
het algemeen doelmatiger beheerd dan de
Franse en Italiaanse. De Nederlanders
munten uit in de teelt, en doelmatigheid
van de produktie en in onderzoek.
Er zal echter een herstructurering van de
fruitteelt nodig zijn en een correctie van
het Nederlandse (en buitenlandse - red.)
overaanbod om deze voordelen te kunnen
uitbuiten.
In zijn actieprogramma stelt Little een
aantal maatregelen voor, welke kunnen
leiden tot de gewenste situatie: Het areaal
zal verkleind moeten worden; het sortiment
gewijzigd; de normen voor sortering en
bewaring verzwaard; modernisering van
het veilingsysteem is nodig, alsmede meer
en doelmatiger marketing; valorisatie van
de appels en peren is gewenst en er dient
overheidssteun aan moderne telers te ko
men om de huidige crisis die tot 1975 zal
duren te overbruggen.
Dit alles zal slechts mogelijk zijn, indien
de individuele fruitteler, het bedrijfsleven
en de overheid bereid zijn de taak, die
ieder in het rapport wordt aangewezen, te
aanvaarden en uit te voeren.
Daarbij zal rekening gehouden moeten
worden met de factor tijd, omdat anders
reeds veel verloren zal zijn gegaan en
niemand meer weet wat hem te doen
staat.
OPENBARE VERGADERING N.C.R.
Het coöperatiewezen in Nederland is een
instituut rijk waarbij 28 op coöperatief ge
bied werkzame organisaties zijn aange
sloten: de Nationale Coöperatieve Raad
voor land- en tuinbouw. Ongeveer ander
half jaar geleden werd besloten de in 1934
opgerichte Nationale Coöperatieve Raad
te reorganiseren. Het besluit viel na een
soort „verlovingstijd" tussen de drie cen
trale landbouworganisaties en de centrale
coöperaties; een kennismakingsperiode
die zich sinds 1966 afspeelde binnen de
Nederlandse Raad van Overleg voor land
en tuinbouw.
In 1970 aanvaardde de algemene vergade
ring van de N.C.R. een statutenwijziging
waarmee de reorganisatie van de Raad
een feit werd. In de nieuwe naam van de
organisatie, de Nationale Coöperatieve
Raad voor land- en tuinbouw (de afkorting
N.C.R. bleef), hebben de leden-organisa-