discussies, waarbij de Voorzitter ten slotte de wind van voren krijgt omdat hij op lichtelijk onheuse wijze een geachte" afgevaardigde heeft afge poeierd. Belangrijker is dat voorgesteld wordt aan de statuten toe te voegen: het geven van gelegenheid tot het beleggen van spaargelden".benevens een bepaling om een lid te kunnen ontzetten uit het lidmaatschap en de mogelijkheid om procuratie te mogen ver lenen in streng omschreven gevallen. Aan op te richten banken kan een subsidie van 150,worden verleend en Vinkeveen vindt dat niet alleen de hoofdambtenaren een duurtetoeslag moeten hebben maar dat ook de lagere beambten bedacht moeten worden en een goed salaris moe ten krijgen. De concurrentie door de Nationale Bankver- eeniging en het feit dat bestuurders van de Cen trale Bank daarvan commissaris zijn, opent (op nieuw) de sluizen van de welsprekendheid dien aangaande. „WIELEN WAAR DE WAGEN OP RIJDT" Aalten haalt het Ringpaard weer van stal en pleit voor gewestelijke organisaties met rechts persoonlijkheid om de overladen algemene ver gadering voor te bereiden en daardoor de ver gadertijd te kunnen bekorten. Aalten vindt bovendien dat de Overheid de boerenleenbanken moet inschakelen bij het doen van betalingen aan agrariërs. De vergadering van 1919 wordt onder leiding van de heer G. W. Stroink gehouden in een boven zaal van hotel de L'Europe en wie niet zitten kan moet maar blijven staan. De heer Westerdijk is uit het bestuur getreden (kwestie Nationale Bankvereeniging) en wordt Eere-voorzitter van de Raad van Toezicht. Er is op effecten een koersverlies geleden van 201.000,— (in 1919 idem van 236.315,—). Alhoewel de Zuivelbank Leeuwarden ten volle bestaansrecht blijkt te hebben, wil dat nog niet zeggen dat iets dergelijks ook in andere provin cies zou gelukken. De voorzitter, die moeilijke tijden voorziet, brengt in gedachten dat „heden" (d.w.z. 28 juni 1919) wellicht de Vrede zal worden geteekend in Versailles. Een Zeeuwse bank heeft door fraude een ver lies geleden van bijna 33.000, Een beroep op solidariteit om deze bank uit de nesten te helpen wordt niet vergeefs gedaan. Aansluitend op een bestuursvoorstel om de sa larissen van de Hoofdambtenaren (Administrateur, Hoofdinspecteur en Rechtsgeleerd-ambtenaar) te verbeteren, maakt Aalten nu een prima beurt door een fatsoenlijke salariëring te wensen ook voor de „beambten" (die echter méér blijken te ver dienen dan door de Bond voor Kantoorbedienden wordt verlangd). Belastingambtenaren halen allerlei foefjes uit om de boeken van de Banken te kunnen inzien (i.v.m. de oorlogswinstbelasting blijkbaar) doch de banken behoeven geen inzage te geven in de „spaarbank". Raalte constateert met vreugde dat voor de eerste maal door de voorzitter van de Raad van Toezicht in een Algemeene Vergadering een woord van warme hulde is gebracht aan de Kassiers „de wielen waar de wagen op rijdt". De vergadering van 1920 draait in hoofdzaak om reeds bekende punten. Wél is het verheugend dat vrijwel alle Zuivelorganisaties die daarvoor in aanmerking komen door de Centrale Bank worden gefinancierd en dat de Zuivelbank nog steeds aan 535

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1971 | | pagina 45