Wandelend door Utrecht op weg naar ons aller Centrale Bank, liep ik enige tijd geleden even voor bij het station een muzikant tegen het lijf. Zo zie je ze niet veel meer. Schamel gekleed, ongeschoren en met een touw de jas om 't schonkig lijf houdend. Hij stelde kennelijk weinig eisen aan het levenson derhoud voor hetwelk hij overigens zeer redelijk een oude viool bespeelde. Even voorbij het Vreeburg ontmoette ik een figuur in ongeveer gelijkwaardige uitmonstering. Ditmaal zonder instrument, maar met een gulle lach gewa pend trad deze man mij tegemoet. Beleefd aan een denkbeeldige pet tikkend vroeg hij mij om een si garet en daarna in één adem nog om een kwartje voor iets, dat hij zonder woorden, maar overduide lijk met een wippend gebaartje van vingers naar de mond, duidelijk maakte. Wie schetst mijn verbazing toen ik zeer onlangs wederom in Utrecht verkeerde en daar beide heren opnieuw tegenkwam, nu echter niet meer apart, doch gezamenlijk opererend! De musicus, nog steeds in dezelfde dracht, be speelde nu een mij wat onduidelijk tokkelinstru- ment en begeleidde daarmee een los in de mond gehouden mondharmonika, waarop hij een aardig wijsje wist te blazen. De gulle lacher van weleer stond met een oude hoed in de hand iets meer naar voren en maande gedurig aan het hoofd tikkend de voorbijgangers tot bijdragen. Een fusie! Flitste er door m'n hoofd. Meer en mooiere muziek en een efficiëntere be drijfsvoering, duidelijker kan het niet. Een uit het leven gegrepen gebeuren, waarbij zich onwillekeurig een zekere vergelijking opdringt. Immers normaal verschijnsel overigens in de perswereld Raiffeisenbode en De Boerenleen bank gaan vanaf 't komende jaar ook samendoen. Er zijn natuurlijk belangrijke redenen voor dit sa mengaan. Vaste verkering was er al een tijd, want ik las nog wel eens in het blad van onze Eindhoven- se vrienden en zag dan altijd wel iets dat gelijklui dend was aan iets uit dit maandblad. De eigen pers van het coöperatieve kredietwezen heeft een grote taak bij het voorbereiden van de fusie, om het nu weer eens mooi te zeggen. Maar ik zie maar steeds die twee mannetjes. Efficiënter is het in ieder geval om één blad te ma ken, in plaats van twee. Dus wat we te doen heb ben is zorgen voor gezamenlijke .mooiere muziek". Daarvoor zijn behalve de redactie ook de mensen uit beide organisaties medeverantwoordelijk. Enfin, lezers van de Raiffeisenbode, ik blijf mee spelen volgend jaar met m'n kleine, soms wat schril le piccolootje. Tenslotte is er tenminste één lezer, die plezier beleeft aan deze kleine schrijverijen en dat is uw Cas Sier 509

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1971 | | pagina 11