storting van de aandelen, waardoor het risico dragend vermogen van de coöperatie zelf een versterking ondergaat. De coöperatie kan voor haar kredietwaardigheid stellig mede steunen op deze potentiële verplichtingen tot volstorting, doch er blijft in vergelijking met aanwezig risicodragend vermogen een onzekerheidselement bestaan. b. Het debiteurenrisico dat de coöperatie ten op zichte van haar leden draagt in verband met de latente verplichting van de leden om tot volstor ting van aandelen over te gaan dan wel uit hoofde van aansprakelijkheid voor dekking van verliezen, kan worden opgeheven door de leden te verplich ten een geblokkeerd tegoed bij de coöperatie te doen aanhouden, voor de duur en de omvang van hun latente verplichtingen. Voorwaarde om dit te verwezenlijken is een beperkte leden-aansprake lijkheid. De saldi van de leden zullen juridisch achter gesteld moeten zijn bij die van de saldi van niet- leden, om de beoogde kredietwaardigheid van de coöperatie te verhogen. Het aanhouden van leden-saldi bij de coöperatie is reeds een veel voorkomend verschijnsel. Het komt in verschillende vormen en benamingen voor. Deze vormen van leden-financiering vertegen woordigen voor de coöperatie gewoonlijk credi- teurensaldi. Zij hebben echter gemeen, dat zij wel bijdragen tot de verhoging van de kredietwaardig heid van de coöperatie, althans voor zover de coöperatie bij geleden verliezen op deze fondsen terug kan vallen. Dit laatste hangt nauw samen met de mate waarin de houders van de tegoeden over eenkomstig de statuten aansprakelijk zijn. Ontbreekt de aansprakelijkheidsclaim dan zijn de tegoeden als regel normale crediteurensaldi en verminderen zij de kredietwaardigheid van de coöperatie. De genoemde financieringsvormen worden veel al gevoed uit de bedrijfsresultaten van de coöpe ratie. Bij slechte resultaten ontbreekt de voedings bron. Dit is een zwakke eigenschap, die voor wij ziging in aanmerking komt. Ook is het een veel voorkomende eigenschap, dat de in een bepaald jaar gevormde tegoeden een tijdsgebonden karakter hebben, bijv. 5 of 10 jaar. Het revolvingsystem is daar ook op gebaseerd. Beter is het, de duur en omvang van de leden tegoeden te koppelen aan de duur en omvang van een te limiteren aansprakelijkheidsverplichting. c. Voor het aantrekkelijker maken van de aan- delenfinanciering ware te overwegen de rente clausules te wijzigen in die zin, dat een deel van de ondernemingsresultaten als beloning voor de financieringsdeelname wordt uitgekeerd. Het financiële resultaat van de coöperatieve onderneming zal naar meerdere richtingen moeten worden verdeeld. Wij zien als potentiële gegadig den: de leden naar rato van hun omzet met de coöperatie; de dragers van het financiële risico naar rato van hun aandeel daarin; de onderneming zelf naarmate dit voor de financiële stabiliteit no dig is; de leiding en medewerkenden naar rato van hun bijdrage aan het welslagen van de onder neming. d. Met het vorenstaande houdt nauw verband de overweging, om de aanspraken op de resultaten van de coöperatieve onderneming mede in de vorm van het uitgeven van bonusaandelen te vol doen. Nu reeds komt het voor, dat aan de leden winstcertificaten worden gegeven, die onderling verhandelbaar zijn (Frankrijk: Fonds de développe- ment). Deze hebben echter niet het karakter van aandelen omdat zij feitelijk een bij andere credi teuren achtergestelde schuldvordering vertegen woordigen. In Amerika is het gebruik van preferred stock bij coöperaties wijd verbreid. De houders van preferred shares hebben geen stemrecht, dit ter onderscheiding van de houders van commonshares. Wel zijn de shares verhandel baar, ook buiten de ledenkring. De preferred shares hebben echter evenals de Franse certifi caten veelal een beperkte looptijd en doen een vaste rente. Uit financieringsoogpunt vorming van eigen vermogen zijn dat belangrijke na- idelen. Om die te ontgaan, zou gedacht moeten worden aan winstdelende bonusaandelen met een permanente looptijd, vrij verhandelbaar en met een beperkt stemrecht. Door dr. Ph. M. C. van Campen zijn recentelijk in Nederland in deze richting suggesties gedaan. De mogelijkheid van uitgifte van bonusaandelen zal echter niet tot het verdwijnen van de reserves mogen leiden, doch kan aanleiding geven tot ma tiging van de noodzaak om ze in een geforceerd tempo te vormen. Met betrekking tot de uitgifte van bonusaan delen evenals die van preferred shares en cer tificaten moet tenslotte nog worden gewezen 445

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1971 | | pagina 51