financieel overzicht
dewerking in voor een fundamentele verbetering
van de Amerikaanse betalingsbalans.
De hoogste prioriteit diende echter gegeven te
worden aan de vaststelling van de pariteiten,
met name van de sterke valuta. Ook zal van ge
dachten gewisseld moeten worden over de me
thode van veranderingen van wisselkoersen en
het instellen van een bredere marge.
Tal van problemen op langere termijn vragen
om een oplossing.
Dit laatste teneinde ongunstige speculatieve
kapitaalstromen te weren.
Tijdens de I.M.F.-bijeenkomst werd het duide
lijk, dat een grote hervorming van het internatio
naal monetaire systeem nodig is. Men zal het
goud en de dollar geleidelijk door iets anders
moeten vervangen, als basis voor het internatio
nale geldstelsel. Hierbij wordt met name gedacht
aan de speciale trekkingsrechten. De Britse minis
ter van Financiën Anthony Barber kwam reeds
tijdens de vergadering met een uitgewerkt plan.
Dollar en goud zullen niet langer de functie van
waardemeter en reserve vervullen. De waarde van
de nationale munten zou worden uitgedrukt in de
waarde van de speciale trekkingsrechten. De spe
ciale trekkingsrechten zullen worden gebruikt om
schulden te betalen. Op deze manier zou er vol
doende liquiditeit ontstaan, zonder dat de landen
afhankelijk zijn van het ontstaan van tekorten van
andere landen. De speciale trekkingsrechten wor
den volgens de onderhavige plannen waardemeter
en ruilhandel tussen de centrale banken. Het vo
lume aan internationale liquiditeiten is dan niet
langer afhankelijk van wisselingen in de betalings
balansen van de reservevaluta. Enerzijds komt er
dan een liquiditeitscreatie, niet afhankelijk van een
nationale valuta, anderzijds een internationale con
trole op de liquiditeitenschepping. In de nieuwe
constellatie kan de dollar gemakkelijker in waarde
aangepast worden. Het I.M.F. zou kunnen uit
groeien tot een super centrale bank. Deskundigen
van de Groep van Tien, van de O.E.S.O. en van
het I.M.F., gaan de voorstellen bestuderen en zul
len concrete voorstellen voorbereiden. Een con
crete oplossing is door de 118 landen van het
I.M.F. nog niet gevonden.
Veel zal vooralsnog afhangen van de mate,
waarin men de sterke valuta zal opwaarderen en
zal willen.
GELDMARKT
Als belangrijkste factoren, die op de geldmarkt
in het middelpunt van de belangstelling staan en/of
stonden, kunnen worden genoemd:
de monetaire crisis,
de open-marktpolitiek van De Nederlandsche
Bank,
de discontoverlagingen.
De monetaire crisis is en wordt in de algemene
inleiding uitvoerig beschreven. De gevolgen van
deze crisis voornamelijk onzekerheid, soms
overgaand in nervositeit blijven van invloed op
het marktgebeuren.
Het afromen van de ruimte op de geldmarkt
door De Nederlandsche Bank en het Agentschap
Financiën door middel van afgifte van kortlopende
schatkistpromessen wordt sedert juni van dit jaar
toegepast.
Het gevolg hiervan is dat er als het ware een
„bodem" in de markt wordt gelegd. Immers, de
Bank heeft de afgelopen maanden duidelijk genoeg
laten blijken, dat zij een ruime geldmarkt onge
wenst vindt. Dit in verband met de nationale en
internationale monetaire situatie. Zodra er naar het
oordeel van de Bank een te groot overschot aan
geld in de markt ontstond, stelde zij de banken in
staat om door middel van een tender in schatkist
promessen het overschot geheel of gedeeltelijk
rentegevend bij haar of bij het Agentschap Finan
ciën te beleggen. Opvallend was daarbij steeds
de korte looptijd van deze transacties. De achter
grond hiervan moet o.i. vooral gezocht worden in
het feit dat de Bank op elk moment haar binnen
landse beleid wenste te kunnen aanpassen aan
de eisen, die mogelijkerwijs in internationaal ver
band overleg over de monetaire crises aan
haar zouden kunnen worden gesteld.
De moeilijkheid bij dit soort transacties blijft, dat
het oordeel van de Bank over de marktsituatie kan
afwijken van dat der marktpartijen. Het afnemen van
de door de Bank beschikbaar gestelde promessen
is namelijk vrijwillig. De marktpartijen kunnen er
niet voor voelen om papier af te nemen, of hiertoe
slechts bereid zijn op een prijs die de Bank niet
wenst te betalen. Op deze wijze wordt niet altijd
de „afroming" tot het door de Bank gewenste ni
veau verwezenlijkt.
Samenvattend kan evenwel worden gezegd dat
deze open-marktpolitiek van de Bank voor het
428