regelen, dat de welvaart aanzienlijk werd aange tast. Het compromis, dat in 1944 werd gevonden was dat van de goudwisselstandaard, waarbij de dollar als basis diende. Enerzijds kon nu het inter nationale betalingsverkeer rekenen op vaste wis selkoersen, anderzijds waren de deelnemende landen vrij binnen zekere grenzen een eigen eco nomisch beleid te voeren. Tijdelijke onevenwichtigheden konden binnen het systeem door kredietfaciliteiten worden opgevangen. Hierbij speelde het I.M.F. een be langrijke rol, een functie die meer betekenis kreeg na het invoeren van de zogenaamde speciale trek kingsrechten in 1970. Door de invoering van de speciale trekkingsrechten kunnen leden van het I.M.F. een bepaald bedrag in andere dan hun eigen valuta uit het fonds opnemen. Zij kunnen onvoor waardelijk maar tot een bepaald maximum gebruik maken van de reserves die andere landen bij het I.M.F. aanhouden. Van het opgenomen bedrag be hoeft 70 niet te worden terugbetaald. Voorlopig zou voor een bedrag van 9,5 miljard aan SDR's ter beschikking gesteld worden, waarvan 3,5 mil jard in 1970 en in de daaropvolgende twee jaren ieder jaar 3 miljard. Door verruimde reservepositie binnen dit sy steem waren bij een tijdelijk tekort niet direct cor rigerende deflatoire maatregelen nodig. Deze sou plesse betekende echter ook, dat landen met een tekort of met een overschot, de noodzakelijke aanpassingen jaren konden uitstellen. Zo beschikken monetaire autoriteiten in de ver schillende landen buiten de Verenigde Staten in middels over 30 miljard aan vorderingen, terwijl de goudvoorraad van dit land tot ca. 10 miljard geslonken is, een welhaast onhoudbare situatie. VERHOGING VAN GOUDPRIJS ALS ALTERNA TIEF Een mogelijke oplossing zou men hebben kun nen vinden in het verhogen van de goudprijs. Hierdoor zou de dollar overeenkomstig in waarde gedaald zijn, maar de goudvoorraad zou, in dollars uitgedrukt, zijn toegenomen. Van de zijde van de Amerikaanse regering is een herhaald verzoek tot devaluatie altijd afgewezen. Uiteenlopende argumenten werden gebruikt. Zo wilde men niet, door een goudprijsverhoging, goudproducenten als Zuid-Afrika in de kaart spelen. Voorts zou een devaluatie van de Amerikaanse dollar leiden tot een devaluatie van de andere valuta's. Ook zou devaluatie schade hebben toegebracht aan die lan den, die grote dollarsaldi aanhouden. Doorslag gevend zijn echter prestige-overwegingen. Deva luatie zou betekenen, dat de Amerikaanse over heid zou moeten toegeven, dat de dollar sterk ver zwakt is. De Amerikaanse regering wees deze op lossing pertinent af en dwong de haar inziens on dergewaardeerde valuta tot opwaardering met de 10% importheffing als extra dwangmaatregel. INTENSIEF OVERLEG Na Nixon's besluit op 15 augustus werd het een spannende zomer, waarin koortsachtig overleg plaatsvond. Tegenover de Verenigde Staten ston den de aanvankelijk wat verdeelde Europese lan den en Japan. De Verenigde Staten, bij monde van de minister van Financiën Connally, eiste, dat de andere lan den zouden bijdragen tot een ommezwaai van de negatieve Amerikaanse betalingsbalans. Het tekort van 5 miljard dollar zou plaats moeten maken voor een overschot van 8 miljard dollar. Tijdens de bijeenkomst van de 10 rijke landen, welke vooraf ging aan de I.M.F.-jaarvergadering, verklaarde mi nister Connally, dat deze aanpassing van 13 mil jard dollar in een periode van 2 a 3 jaar bereikt diende te worden. Als gevolg van interventie door de monetaire autoriteiten zou het zweven van de valuta te weinig soulaas bieden. Connally legde daarom opnieuw de eis op tafel, volgens welke de sterke munteenheden met gemiddeld 15% zouden moeten revalueren. Reeds tijdens de vergadering van de 10 rijke landen, verklaarde de Italiaanse minister van Fi nanciën Ferrari-Aggradi namens de E.E.G.-lid staten, dat de Amerikaanse eis tot verbetering van de betalingsbalans veel te ambitieus was. PROBLEMEN OP KORTE EN OP LANGE TERMIJN Tijdens zijn openingsrede voor de jaarvergade ring van het I.M.F. op 26 september drong de directeur-generaal van deze organisatie, de heer Schweizer, aan op nauwe internationale samen werking, ten einde op korte termijn een oplossing te vinden. Uitstel zou de verstoringen doen toe nemen. Het meest urgent achtte de spreker het bereiken van een overeenstemming over de nieuwe pariteiten. Daarnaast riep hij de me- 427

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1971 | | pagina 33