Mutaties in de toevertrouwde middelen bij de aangesloten Raiffeisenbanken
COMMENTAAR OP DE CIJFERS
Spaarresultaten bij de verschillende spaarinstellingen
Bedragen x f 1 miljoen
augustus
januari t/m aug.
Spaartegoed
Termijndeposito's
Tegoed op privérekeningen
Rekening-courant zakelijk
1971
108,3
4,1
9,0
0,8
1971
705,1
46,2
183,9
208,8
Totaal
112,4
1,051,6
AUGUSTUS
In augustus bleef de toename van de toevertrouwde
middelen dit jaar voor het eerst onder het niveau van de
overeenkomstige maand in 1970. Vorige maand reeds kon
geconstateerd worden dat het gunstige verschil met het
voorafgaande jaar geringer was dan in de overige maanden
van 1971. Het achterblijven van de middelengroei ten op
zichte van augustus 1970 is geheel toe te schrijven aan de
mutatie in de middelencategorieën termijndeposito's en
zakelijke lopende rekeningen.
Het spaarresultaat van augustus 1971 overtrof dat van
dezelfde maand in 1970 met f 14,8 miljoen. Vooral bij de
semi-stedelijke banken werden hoge spaaroverschotten ge
boekt.
Wat de uitzettingen betreft kan opgemerkt worden dat de
leningen per saldo met f 78,8 miljoen toenamen, hetgeen
gelijk is aan de toename in augustus 1970.
Mede door de plaatsing van deposito-obligaties kwam de
netto toeneming van de uitzettingen echter 10,7 miljoen
hoger uit dan in de vergelijkbare maand van 1970.
JANUARI t/m SEPTEMBER
De middelen zijn sinds 1 januari (excl. rentebijboeking)
met meer dan f 1 miljard toegenomen, hetgeen een ver
betering inhoudt ten opzichte van de overeenkomstige
periode in 1970 van 23 Voor de spaargelden bedroeg dit
percentage 51.
Opvallend is dat de procentuele verbetering van het
spaarresultaat bij de stedelijke banken achterbleef bij die
welke door de semi-stedelijke en plattelandsbanken werd
geboekt.
De uitzettingen namen de afgelopen acht maanden met
f 482 miljoen toe tegen f 534 miljoen in 1970. Dit achter
blijven ten opzichte van het voorgaande jaar deed zich bij
alle categorieën uitzettingen voor.
De middelenaanwas kon in deze periode de netto toe
neming van de uitzettingen bij de plaatselijke banken ruim
schoots dekken. Het dekkingspercentage bedroeg 44
tegen 68 in dezelfde periode van 1970 en 61 in die
van 1969.
Bij de beoordeling hiervan moet echter rekening worden
gehouden met de momentopname. De grote mutaties in
middelen die in de maand december traditiegetrouw te
verwachten zijn onttrekking van middelen geven op
jaarbasis een hoger dekkingspercentage te zien.
De voorlopige gegevens voor september wijzen erop dat
er een spaaroverschot werd geboekt van f 81,9 miljoen,
terwijl de overige toevertrouwde middelen met ongeveer
f 59 miljoen toenamen
Bedragen x f 1 miljoen
juli
Spaarverschil
Spaartegoed
31 juli
Inlagen
Terug
betalingen
juli
augustus
jan. t/m
juli
Bedrag
Percen
tage
1971
1971 1
1971
1971
1971
1971
1971 1
Raiffeisenorg
404
284
120
108
594
9.449
24,9
Boerenl.bankorg.
345
265
80
71
363
6.104
16,1
Rijkspostspaarbank
169 1
134
35
36
246
102
6.245
16,4
Alg. spaarbanken 2)
834
802
32
43
391
225
8.693
22,9
Handelsbanken e.o.
483
360
123
365
1.230
4(Jb
7.481
19,7
Totaal
2.235
1.845
390
2.824
37.972
100.0 11
Inclusief Centrale Bank.
2) Exclusief met handelsbanken gelieerde spaarbanken.
425