«ft
stijf strak en de visser zwoegt zo om zijn lijn binnen
te halen, dat ie maar niet w^ht om te kijken wat er
aarfjjSfffiak zit.
De Herengracht heeft nmj altijd iets deftigs. Een
gracht omm rijtuigen langs te rijden, in plaats van
met dubbel te parkeren auto's. Ergens op het smal
le stoepje van die grachtenhuizen met kantoren en
deuren met koperen namen speelt een klein jonge
tje met een autoped. Waar moet hij anders heen,
hij woont er blijkbaar en zonder het te weten vormt
dit éénlingetje een ludiek contrast met zijn omge
ving. Langs een rijtje panden, waarin blijkens de
naamborden een bekende uitgeverij gevestigd is,
kom je bij no. 106 en daar zie je de vertrouwde
naam op de gevel staan, naast het stoepje voor de
deur.
Zon grachtenhuis in Amsterdam is altijd iets
apart, met een eigen rijke historie en een eigen ka
rakter. Als je de deur binnen bent merk je het met
een: hier is de band met het verleden nog tastbaar.
Al zijn er misschien al tijden lang kantoren in ge
vestigd geweest, dat het huis vroeger door een
levensechte familie bewoond is en daarvoor ge
bouwd is, merk je duidelijk. Het is merkv/aardig, dat
m