genomen beding, houdende aanwijzing van de per
soon jegens wie zij aan haar verplichtingen zal
hebben te voldoen, na te leven.
De tussen de echtelieden bestaande verhou
dingen, voortspruitende uit hun huwelijksgoederen-
regime, raken haar niet. Aldus een arrest van de
Hoge Raad van 3 februari 1967, N.J. 1967 nr. 441.
Terugkomend op de bij een bank aangehouden
rekening-courant of spaarrekening, kunnen wij
daarvan hetzelfde zeggen. De bank moet de per
soon, ten name van wie de rekening is gesteld,
aanmerken als de gerechtigde.
Met diens echtgenote, ook al zou het huwelijk
in gemeenschap van goederen zijn gesloten, heeft
zij niets te maken.
Dit geldt ook, wanneer er onder de bank beslag
wordt gelegd. Alleen bij faillissement is het anders.
Artikel 63 der Faillissementswet bepaalt namelijk:
,,Het faillissement van de in enige gemeenschap
van goederen gehuwde echtgenoot wordt als fail
lissement van die gemeenschap behandeld. Het
omvat alle goederen, die in de gemeenschap val
len".
Een dergelijke wetsbepaling bestaat niet voor
beslag buiten faillissement. Dit is ook niet nodig,
want de beslaglegger heeft de mogelijkheid om
beslag te leggen op hetgeen de bank zowel voor
de man als voor de vrouw onder zich heeft.
385