VRAAG EN ANTWOORD
VRAAG
Wanneer beslag gelegd wordt onder de bank
en/of stichting spaarbank ten laste van een man,
die in gemeenschap van goederen getrouwd is,
omvat dit beslag dan tevens al hetgeen de bank
onder zich heeft ten name van de echtgenote van
de beslagene?
ANTWOORD
Het beslag wordt gelegd op alle gelden en goe
deren, die de bank verschuldigd mocht zijn of
worden aan, of onder haar berusting mocht hebben
van de man. Of deze man misschien is gehuwd en
zo ja, of hij dan is gehuwd in gemeenschap van
goederen of op huwelijksvoorwaarden, is iets waar
de bank geen onderzoek naar hoeft in te stellen.
Er zijn andere gevallen, waarin zo'n onderzoek
wèl nodig is, bij voorbeeld bij hypotheekverlening,
maar dan belast de notaris zich hiermede.
Of personen in gemeenschap van goederen of
op huwelijksvoorwaarden zijn gehuwd, kan men te
weten komen door dienaangaande inlichtingen in
te winnen uit het huwelijksgoederenregister ter
griffie van de rechtbank.
Wanneer de echtgenoten in gemeenschap van
goederen zijn gehuwd, valt hun banktegoed in de
huwelijksgemeenschap, onverschillig op wiens
naam de bankrekening of het spaarbankboekje is
gesteld.
Als een rekening-courant of spaarrekening staat
ten name van meneer Jansen en er is ook een
rekening ten name van mevrouw Jansen-Pietersen,
dan heeft de bank met betrekking tot de eerst
genoemde rekening alleen maar te maken met
deze man en is zij niet genoodzaakt een onderzoek
in te stellen naar de vraag of de twee genoemde
personen misschien zijn gehuwd en zo ja, of zij
al dan niet in gemeenschap van goederen gehuwd
zijn.
Dit is trouwens een algemene regel: als iemand
iets schuldig is aan meneer X, dan heeft hij alleen
met deze meneer X te maken en niet met de echt
genote, waarmee meneer X in gemeenschap van
goederen gehuwd is.
Dat de vordering van meneer X in de huwelijks
gemeenschap valt, is een zaak die de schuldenaar
van meneer X niet aangaat.
Er is een arrest van de Hoge Raad over een
levensverzekeringsuitkering, welke gedaan moest
worden aan een in gemeenschap van goederen
gehuwde man. Bij de levensverzekeringsovereen
komst was uitdrukkelijk bepaald, dat het ver
zekerde kapitaal aan een met name genoemde
begunstigde moest worden uitgekeerd. Deze be
gunstigde was in gemeenschap van goederen ge
huwd, maar dit deed volgens de Hoge Raad niet
ter zake. De levensverzekeringsmaatschappij heeft
het in de rechtsgeldig gesloten overeenkomst op-
384