BINNENLANDSE VRAAGSTUKKEN dat de opbouw van de gemeenschappelijke land bouwmarkt er slechts kinderspel bij is, en daar zijn reeds jaren mee gemoeid geweest. Het enige dat men nu kan hopen, is dat deze stroomversnelling in de gebeurtenissen wordt ge bruikt om dichter tot elkaar te komen. Voor de landbouw zijn daarmede de problemen niet voorbij. Zeker is, dat bij een herstel van vaste wisselkoersen (al of niet binnen ruimere marges) de DM hoger zal worden vastgesteld dan de andere E.E.G.-valuta's. Dat betekent, óf de hand having van de Duitse importheffingen, óf een daling van de Duitse landbouwprijzen, óf de één of andere directe compensatie voor de Duitse boeren. Wanneer het aan de Duitse boeren en de Duitse regering ligt zullen de heffingen gehandhaafd wor den en dit zou een apart Duits prijsbeleid bete kenen op een lager niveau dan in de rest van de E.E.G. Men kan natuurlijk wel afspreken dat de prijzen op den duur naar elkaar moeten toegroeien, bij voorbeeld in de overgangsperiode van de Engelse toetreding, maar dan zijn wij op eenzelfde punt als vijf jaar geleden. Het E.E.G.-structuurbeleid kan dan voorlopig ook de ijskast in, want waarom zou b.v. ons land daar aan gaan bijdragen wanneer het ook nog geld be steden moet aan de exportrestituties bij verkoop van landbouwprodukten naar E.E.G.-landen? Terug van de onzekere E.E.G. naar de overigens ook niet zo zekere Nederlandse politiek. Het wach ten is, als wij dit schrijven, op de Derde Dinsdag, als de plannen van het kabinet-Biesheuvel zullen worden onthuld. Na de vorming van het kabinet is er, wat de landbouw betreft, reeds een enkel tipje van de sluier opgetild. Minister Lardinois heeft op de feestelijke bijeen komst van de jubilerende Overijsselse Landbouw Maatschappij en de eveneens jubilerende Bond van Plattelandsvrouwen in Zwolle op 19 juli jl. vier onderwerpen naar voren gehaald: de voorstellen voor een belastingvrije reserve („nog dit jaar"), rentesubsidies voor investeringen op bedrijven, de wet op de arbeidsongeschiktheid voor zelfstan digen en een soberder beleid m.b.t. de ruilverkave lingen. Begin augustus las premier Biesheuvel de rege ringsverklaring voor waarin de door de minister van Landbouw genoemde punten grotendeels terugkwamen, zij het met een iets ander accent. De voornaamste reden daarvoor zal zijn, naar men mag aannemen, het feit dat de budgettaire reken meesters tot steeds slechtere becijferingen kwa men wat betreft de mogelijkheden van 's lands schatkist. Over de belastingvrije pensioenreserve wordt in de regeringsverklaring gezegd; per 1 januari 1973 een verbetering van de oudedagsvoorziening in de fiscale sfeer. Bij zijn toelichting zei minister Bies heuvel dat het hier ging om de voorstellen van de Commissie Van Soest. De steeds vager wordende formuleringen en het naar de toekomst verschuiven van de datum van ingang, doen vrezen, dat de schatkist hiervoor niet al teveel beschikbaar heeft. Rentesubsidies voor bedrijven, het tweede punt van minister Lardinois in Zwolle, vindt men niet in de regeringsverklaring terug. Wellicht wil men wat dit betreft de besluitvorming in Brussel afwachten. Volgens de resolutie van de E.E.G. van het begin van dit jaar, zullen na 1 januari a.s. richtlijnen moe ten gaan gelden, volgens welke de lid-staten wet gevingen moeten maken, waarbij o.m. bedrijven op grond van ontwikkelingsplannen die in zes jaar tot een voldoende inkomen per man leiden, steun zou den krijgen. Volgens de nu ingediende voorstellen zou de rentesubsidie de meest geëigende vorm van deze steun zijn. Brussel zou deze steun mede financieren. Dit laatste opent uiteraard perspectieven voor onze niet al te goed voorziene schatkist. Een gro tere moeilijkheid zal echter voorlopig zijn hoe wij in ons land omschakelen van stimuleringspremies voor bepaalde soorten van investeringen (ligboxen, stallen, melktanks e.d.) naar ontwikkelingssubsi dies die het gehele bedrijf omvatten. Met dat laat ste is al ervaring opgedaan via het Borgstellings fonds, maar het gaat anders worden wanneer de gehele structuurpolitiek op die leest wordt ge schoeid. De uitbreiding van de wet voor de arbeids ongeschiktheid tot de zelfstandigen, het derde punt van minister Lardinois, komt zelfs tweemaal in de regeringsverklaring voor. Voor de land- en tuinbouwersgezinnen is dit een steeds meer drin- 360

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1971 | | pagina 14