komt, dan moet al dat geïntegreer en gecoördineer weer losgepeuterd worden. Jullie hebben nog niet zo'n structuur gemaakt en toch al doen weten, dat je er in de loop van de jaren naar streeft. De werkzaamheden coördineren en integreren jullie al. Zo'n geleerde mond vol over structurering, coör dinatie en integratie vereist onder het genot van een afzakkertje (echt de laatste dan) een even waardige repliek. Een goed debater nabootsend zul je de uitgangs stellingen van je geachte tegenstrever gaan aan vallen. Je begint uiteraard met hem gelijk te geven: de aangesloten banken hebben er inderdaad net als aandeelhouders belang bij dat hun ,,N.V." haar werkzaamheden zo goed en efficiënt mogelijk ver richt, of om in termen van aandeelhouders te spreken zij een zo hoog mogelijk rendement van hun „aandeel" krijgen. In zoverre gaat de verge lijking met aandeelhouders op. Verder gaat de in teresse van een aandeelhouder in een N.V. meestal niet. „Aandeelhouders" in een coöperatie echter hebben anders dan gewone aandeelhouders ten behoeve van hun eigen bedrijf een gezamenlijk bedrijf opgericht en het bepaalde bevoegdheden ge geven. Juist omdat dit op hun eigen bedrijf ingrijpt, willen zij, wanneer deze bevoegdheden misschien met die van de fusie-partner in overeenstemming moeten worden gebracht daar het hunne van zeg gen. Het zal een gewone aandeelhouder meestal een zorg zijn, wie het in de N.V. voor het zeggen heeft, als de zaak maar rendabel loopt. Bij een coöperatie nu juist niet, wegens de vervlechting van de bedrijfsbelangen en bevoegdheden. Daar is naast het rendement de structuur van wezenlijk belang. Wij weten nu eenmaal, aanvankelijk uit informele geuite gevoelens en later uit officiële uitspraken van onze „aandeelhouders" dat ze een fusie willen. Men wil algemeen om diverse praktische en ook ideële redenen een fusie. Dus komt er een fusie. In die wetenschap kunnen we dus de technische werkzaamheden welke aan de beide Centrale Ban ken zijn opgedragen, coördineren en integreren om een zo rendabel mogelijk technisch apparaat te verwezenlijken. Daarnaast vinden met de „aan deelhouders" de besprekingen plaats over hoe de zeggenschap geregeld moet worden. Dat is voor de „aandeelhouders", zoals gezegd, van wezenlijk belang. De grondgedachten over de statuten, het goed- keuringsbeleid, het dispensatiebeleid, de rente vaststelling en andere essentiële zaken worden in een vertrouwenscollege van de „aandeelhouders" van beide Centrale Banken, de Commissie van 18, en Als je zover bent, gebeurt er na zo'n vermoei ende dag meestal iets, wat je niet verwacht. Op merkingen als „Het is al laat" of in het vuur van je betoog het omstoten van een gelukkig leeg glas maken een abrupt einde aan alles. Meestal tracteer ik me na zo'n zware dag op een taxi. Ik heb geen eigen auto. N. 357

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1971 | | pagina 11