Internationale noodvoorraden kunnen vele mensenlevens redden. op verbetering van de landbouw-structuur" behou den blijven. Aanvankelijk stond er, dat bedrijfsvergroting zou worden nagestreefd, maar dat is in de uiteindelijke tekst niet meer opgenomen. Een ander beeld toont het zelfstandigenbeleid. Dit voor de land- en tuinbouw zeer belangrijke onderdeel van het overheidsbeleid, werd in het regeerakkoord als vierde van de twaalf knelpunten genoemd. Aangekondigd werd een gedeeltelijke uitvoering van de voorstellen uit het Rapport van Soest over de belastingvrije pensioenreserve en een volksverzekering voor arbeidsongeschiktheid ook voor de zelfstandigen. Een punt dat hier niet onvermeld mag blijven is de beperking van het risico van de overheid bij de uitvoering van de Veewet 1920, welke in het ak koord werd genoemd. Dit kan een aanmerkelijke lastenverzwaring voor het bedrijfsleven betekenen. Wat moet de conclusie zijn? Men kan een kabi net natuurlijk niet alleen op zijn geboorteakte be oordelen, want meer is een regeerakkoord en een program niet. Voor de land- en tuinbouw komt daar nog bij dat er een Brusselse wetgeving te verwachten is die direct invloed op het Nederlandse beleid zal heb ben. Wanneer er E.E.G.-structuurmaatregelen komen die de mogelijkheid van E.E.G.-subsidies inhouden dan zal juist een zuinige regering deze niet graag ongebruikt laten liggen. Wel kan men zeggen dat het nog meer dan in het verleden nodig zal zijn dat de land- en tuinbouw met de eigen talenten woe kert. Dat betekent een verbetering van het afzet- apparaat zodat er zo weinig mogelijk verloren gaat van het deel van de uitgaven dat de consument nog aan land- en tuinbouwprodukten besteedt. Het is daarom nuttig dat het ministerie van Eco nomische Zaken onlangs import- en exportcijfers heeft gegeven, ingedeeld naar landbouwprodukten en industrieprodukten. Goederensaldo in miljarden guldens 1968 1969 1970 Totaal Landbouw en voedingsmiddelen Industrie 3,4 3,7 5,9 3,0 3,2 4,0 6,4 6,9 9,9 Duidelijk blijkt dat de handelsbalans voor land bouwprodukten positief is en dat zij dus heel wat deviezen in het laatje brengen en dat bij industrie produkten het omgekeerde het geval is. Het gaat hier om produkten zoals zij de grens passeren en dat betekent dat bij de export niet alleen de land en tuinbouw maar ook de verwerkende industrieën en uiteraard de handel zijn betrokken. De grootste klant van de Nederlandse land- en tuinbouw is West-Duitsland (37 van de totale agrarische export in 1969). Zoals uit een recent rapport van de A.N.U.G.A., de voedings- en genot- 303

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1971 | | pagina 13