WAT ANDERE
BANKEN EN ORGANISATIES
SCHRIJVEN
Vrijwel gelijktijdig met de Werbetagung vond er
een vergadering plaats van de C.E.A.-C.I.C.A.
studiegroep Jeugd en Kredietcoöperaties. Deze
groep welke deelnemers uit Oostenrijk, West-
Duitsland, Zwitserland en Frankrijk telt heeft zich
tot doel gesteld de betrokkenheid van de West-
europese jeugd bij het coöperatieve krediet te
bestuderen en aanbevelingen te doen ter vergro
ting van deze betrokkenheid. Een verdere ver
dieping in de jeugdproblematiek was opnieuw het
onderwerp van gesprek. Het bieden van direct
zakelijke voordelen is niet langer voldoende. Een
verdieping in de jeugdproblematiek en de motive
ring is een eerste vereiste voor een grondige
aanpak. Teneinde te komen tot een meer funda
mentele benadering heeft de commissie zich ge
bogen over het ontwerp van de internationale en
quête.
Franse en Duitse deskundigen zullen het voor
liggende ontwerp op hun technische merites testen.
Vervolgens werd uitvoerig van gedachten gewis
seld over de in de deelnemende landen bestaande
faciliteiten voor de jeugd en over de vraag of er
sprake is van een bewust overleg met een advies-
geving aan de jeugd. Ook zou het denkbaar zijn
de jeugd uit verschillende landen dichter bij elkaar
te brengen.
De Oostenrijkse Raiffeisen-Zeitung doet verslag
van de twaalfde algemene vergadering van de
C.I.C.A. in Wenen, welke vergadering van 2 tot
5 mei jl. plaatsvond. In het middelpunt van de be
langstelling stonden vragen over management,
kredietverlening, automatisering van de admini
stratie en structuurproblemen van landbouwkre
dietinstellingen. De president van de C.I.C.A. wees
op de belangrijkste ontwikkelingen in de landbouw,
namelijk bedrijfsvergroting en inkomensverminde
ring. Landbouwkredietinstellingen nemen een
unieke plaats in bij het verdelen van de overheids
subsidie aan de landbouw, aldus spreker. De
Oostenrijker dr. Rasser merkte onder meer op, dat
de ontwikkeling van de landbouwkredietinstellingen
tot algemene bank juist is omdat op deze wijze de
financieringskracht ten bate van de landbouw komt.
Zijn landgenoot, dr. Klauhs zei onder andere,
dat naast de financiering van onroerend goed het
bedrijfskrediet steeds meer in betekenis zal toe
nemen. De landbouwkredietinstellingen zullen meer
middelen dan ooit nodig hebben om de uitbouw
van de landbouw te financieren.
Bij alle coöperaties uit de landbouwsector maar
in het bijzonder bij de landbouwkredietbanken, be
vindt de leiding zich tegenwoordig in het span
ningsveld tussen de verenigingsstructuur en de
ondernemingsstructuur, aldus mr. P. M. C. van
Campen. Als gevolg van de resultaten van het mo
derne management verschuift het zwaartepunt naar
het ondernemerschap.
Zo overweegt men bij voorbeeld bij de Neder
landse Boerenleenbanken statutenwijzigingen met
betrekking tot de benoemingsprocedure van be
stuursleden, aldus de Oostenrijkse Raiffeisen-Zei
tung, welke ook schreef over de in Utrecht ge-
283