lefied ifrwwljo 4prt!J8?tNr) wat anderen schrijven lange termijn berust bij de afdeling planning, waarin opgenomen is een marketing-afdeling, In het ver leden hebben alle banken marketing bedreven op een informele manier, maar pas in de laatste jaren wordt het belang ervan ingezien voor de dienst verlenende bedrijven. Williams and Glyn's willen echter niet alleen de diensten verstrekken die de clientèle op dit moment nodig heeft maar, indien mogelijk, ook anticiperen op hun toekomstige wensen. Met dit doel voor ogen was het allereerst belangrijk zoveel mogelijk over de clientèle en vooral die van Williams and Glyn's te weten te komen. Daartoe werd in 1969 een onderzoek ge houden bij particulieren. Een steekproef van 2.484 mannen en vrouwen boven de 18 jaar was de be langrijkste informatiebron. Het doel van het onderzoek was zoveel mogelijk inzicht te krijgen in het beheer van de financiën door het publiek, de houding ten opzichte van banken in het algemeen, de vraag naar de door de banken aangeboden diensten en de mate waarin banken boven andere instellingen worden ver kozen. Ook werd onderzocht de houding ten op zichte van sparen en beleggen. Hier worden de belangrijkste conclusies weer gegeven op de vraag waarom mensen een bank rekening hebben en waarom ze sparen. Ongeveer 30 percent van de bevolking van Engeland en Wales heeft een rekening bij een bank of bij de giro. Het aantal gezinnen waar minstens één rekening is, is natuurlijk hoger: geschat wordt dat iets meer dan 40 percent van de echtparen een rekening heeft. Bovendien heeft een gedeelte van degenen die geen rekening-courant of een salarisrekening heeft een deposito of spaarrekening: dit is ongeveer 6 percent van de bevolking, dat wil zeggen 9 per cent van hen die geen rekening hebben. In de laatste jaren lijkt er geen belangrijke ver andering te zijn opgetreden in het aantal mensen met een rekening, ofschoon er duidelijk mogelijk heden zijn voor een toename in de toekomst. Op de eerste plaats is het voor de jongeren veel nor maler een rekening te openen en verder zijn er onder de jongeren een groot aantal die wel het nut van een rekening inzien, maar er zelf nog geen hebben. De belangrijkste factor voor het al of niet hebben van een rekening komt echter voort uit socio- economische factoren. Van personen met leidinggevende functies heeft 234

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1971 | | pagina 46