HET NUMMER-NAAMBESTAND VAN DE BANKGIROCENTRALE Sinds de laatste twee jaar is de aanduiding nummer-naambestand een begrip geworden voor de meeste bankmedewerkers. Wat het nummer- naambestand van de Bankgirocentrale in de prak tijk echter inhoudt is nog te weinig bekend. In een artikel in het eerste nummer van ,,Memory", een blad dat door de Bankgirocentrale wordt uitgegeven als contactorgaan, troffen wij een artikel aan over dit onderwerp, waaruit we enkele passages overnemen. FORSE GROEI Momenteel is het nummer-naambestand uitge groeid tot een omvang van ruim 3% miljoen reke ningen, welke op 14 magneetbanden zijn opge nomen. Binnenkort komen alle gegevens op schij ven te staan. In feite moeten we bij een beschou wing over het nummer-naambestand ook betrekken de bankgrenstabel en de zgn. kantorenfile, omdat zonder deze beide bestanden de nummer-naam gegevens op de tapes óf aanzienlijk zouden moe ten worden uitgebreid óf vrijwel waardeloos zouden zijn. DE BANKGRENSTABEL Doel van de bankgrenstabel is om bij de Bank girocentrale te kunnen vaststellen dat de bank rekeningnummers, waarop bedragen moeten wor den overgeboekt, vallen binnen de grenzen van de aan de bij de Bankgirocentrale aangesloten instel lingen toegekende nummerreeksen. Aan alle bankinstellingen resp. de Centrales van de landbouwkredietinstellingen, die recht streeks zijn aangesloten bij de Bankgirocentrale en die deelnemen aan de clearing, zijn nl. bij de start van de Bankgirocentrale door een notaris vastge stelde nummerreeksen verstrekt. Deze instellingen, die we gemakshalve als hoofdkantoren zullen aan duiden, hebben alle bij de Bankgirocentrale in een tabel een volgnummer gekregen van 01 tot 80. In deze tabel werden na aansluiting van de Spaarbankbond tevens de spaarbanken opge nomen onder de verzamelnaam van het Coöpera tieve Beleggingsfonds Spaarbanken (C.B.S.). In feite zijn alle banken in de bankgrenstabel de clearingpartners van de Bankgirocentrale via De Nederlandsche Bank. Ook de Postcheque- en girodienst kantoren in Den Haag en Arnhem en de Gemeentegiro Amster dam komen in de tabel voor. Bij het volgnummer staat in de bankgrenstabel de naam van het hoofdkantoor en de boven- en benedengrens van de rekeningnummers. Het volgend voorbeeld kan dit verduidelijken: 01 Coöperatieve Centrale Boerenleenbank 1000019999. Deze aanduiding bedoelt te zeggen dat het laagste nummer van deze bank 100000000 en het hoogste 199999999 kan zijn. We zeggen hier opzettelijk ,,kan zijn", omdat zoals bekend mag worden verondersteld alleen dié nummers mogen worden uitgegeven, waarop de „elfproef" van toepassing is. Op deze elfproef een zeer belangrijk hulpmiddel bij het bepalen van de juistheid van een rekeningnummer zal in dit artikel nog nader worden ingegaan. DE KANTORENFILE De opbouw van een „record" in de kantorenfile is als volgt: bankvolgnummer (dit verwijst dus naar de bankgrenstabel), een kantoornummer van 5 cijfers, de naam en het postadres van het bank kantoor en tenslotte het eigen bankrekening nummer van het betreffende bankkantoor (be- 207

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1971 | | pagina 19