De Raiffeisenbank van Maria Alm in de prachtige omgeving van Salzburg.
onder de aanvragers voor persoonlijke leningen,
waardoor het universele karakter van de Raiffeisen-
organisatie steeds meer benadrukt wordt.
De omvang van de kredietverlening door de
zelfstandige lokale banken dient in overeenstem
ming te zijn met de hoeveelheid toevertrouwde
middelen en het eigen vermogen, waarbij de voor
keur uitgaat naar kleine en middelgrote kredieten,
dit op grond van risicospreiding en de doelstelling
van de Raiffeisenorganisatie. Middelen kunnen door
iedereen aan de lokale banken worden toever
trouwd, in de vorm van rekening-couranttegoeden,
termijngelden en inleggelden op spaarrekeningen,
met gestaffelde rentevergoedingen naar looptijd.
De Raiffeisenorganisatie is na de spaarbanken
en de handelsbanken de derde in grootte van de
kredietinstellingen in Oostenrijk. Ultimo 1968 be
droeg het gezamenlijke balanstotaal 6,5 miljard.
De spaartegoeden bedroegen eind 1970 ca. 3,9
miljard, hetgeen een marktaandeel van 21,3% in
houdt. Het totaal aan toevertrouwde middelen be
droeg op dezelfde datum 5 miljard, hetgeen
overeenkomt met een aandeel van ongeveer 18,5
in het totaal van toevertrouwde middelen aan de
Oostenrijkse kredietinstellingen.
Aantal vestigingen
1.892
Toevertrouwde middelen
(uit. 70)
f 5.000 miljoen
Spaartegoeden (uit. '70)
3.900 miljoen
Bouwspaartegoed (uit. '70)
300 miljoen
Kredietvolume
4.100 miljoen
Aan kredieten was ultimo 1970 ca. f 4,1 miljard
verstrekt, hetgeen op een marktaandeel van 16,7
ten opzichte van de totale kredietverlening in
Oostenrijk neerkomt.
190