NIEUW RAPPORT OVER DE GRONDBANK
Tussen Kerst en Nieuwjaar heeft de z.g. Com
missie-Wellen haar rapport over de grondbank ge
publiceerd. (Wanneer de boerenstand eens van pa
pier zou kunnen leven
Dit rapport-Wellen is als het ware een vervolg op
het rapport van Landbouwschap en coöperatieve
kredietinstellingen over de grondfinanciering. In het
laatstgenoemde rapport werd een schets van een
schets van een grondbank gegeven welke minister
doen door de verspreiding van een nota van zijn
sociaal-economische afdeling over de betekenis
van de agrarische export voor Nederland. In deze
nota staan sprekende cijfers die aantonen dat het
aandeel van de landbouw in de export van goede
ren en diensten wel minder is geworden (in 1958:
23%, in 1968: 21,3 maar dat ons land de agra
rische export bepaald niet missen kan. Wij zijn
als betrekkelijk klein land met zoveel inwoners wel
verplicht veel goederen te importeren om ons in het
bezit te stellen van alle heerlijkheden van de wel
vaart. De landbouw zorgde er in 1969 voor dat
ons land voor 3,2 miljard gulden op de positieve
kant van de betalingsbalans had; dat geld kon dus
voor aankoop van niet-landbouwprodukten worden
gebruikt. Dat laatste is ook hard nodig want aan
b.v. industiële produkten hebben we in 1969 voor
6,9 miljard gulden meer ingevoerd dan geëxpor
teerd.
Ook staat in de nota van het Landbouwschap dat
de landbouw en de voedingsmiddelenindustrie te
zamen per man meer exporteren dan gemiddeld in
ons land het geval is; ook blijkt dat dit verschil de
laatste jaren groter wordt.
Het is echter niet allemaal rozegeur en mane
schijn! Zo blijkt dat de toename van de arbeidspro-
duktiviteit in de voedingsmiddelenindustie en spe
ciaal in de dierlijke sector achterblijft. Dat geldt
niet alleen in vergelijking met andere Nederlandse
bedrijfstakken maar ook in vergelijking met de
voedingsmiddelenindustrie in België en Duitsland.
En vooral dat laatste is bedenkelijk omdat wij om
onze concurrentiepositie te handhaven en te ver
beteren, zeker in toename van produktiviteit niet
mogen achterblijven. Wij moeten hopen dat de be
weging in de coöperatieve voedingsmiddelenindus
trie, de grotere samenwerking en de vele fusies,
de zo broodnodige snellere groei van de arbeids-
produktiviteit zullen brengen.
