ONZE BELASTINGEN
de algemene hypotheekbanken worden uitgegeven.
Bij wijzigingen in de rentestand kan het in het
belang van de hypotheekbanken zijn uitstaande
hoogrentende pandbrieven te verwisselen in pand
brieven van een lager rentetype. Het verdient
daarom aanbeveling steeds na te gaan of in de
voorwaarden van uitgifte een dergelijke omwisse
ling (ook wel conversie genoemd) is toegestaan.
De voorwaarden die gelden voor afgifte en terug
name van pandbrieven zijn geregeld in de „Over
eenkomst inzake Pandbrieven" die tussen de Ver
eniging van Hypotheekbanken en de Vereeniging
voor den Effectenhandel werd gesloten.
Indien pandbrieven die franco provisie zijn ver
kregen weer ten verkoop worden aangeboden,
terwijl sinds de afname van de stukken de moge
lijkheid tot afname onafgebroken van kracht is
geweest, is de verkoper verplicht tot betaling
achteraf van de reglementaire aankoopprovisie. De
bemiddelende bank of effectenhandelaar is op zijn
beurt in dat geval verplicht de bij afname genoten
uitkering terug te geven. Indien de betrokken stuk
ken echter ten minste een jaar in het bezit van de
cliënt zijn geweest, en ook wanneer de afgifte
inmiddels is stopgezet, is teruggave van de uit
kering en betaling achteraf van de aankoopprovisie
niet verschuldigd.
Mits gelet wordt op de persoonlijke omstandig
heden van de belegger, zoals zijn fiscale positie
en ook op de duur van de belegging, kan belegging
in pandbrieven in vele gevallen een aantrekkelijke
mogelijkheid zijn.
FISCUS FESTIVAL I
ZELFSTANDIGENAFTREK
Aan zelfstandige ondernemers wordt met ingang
van 1971 een zelfstandigenaftrek verleend van
10% van het bedrag dat geïnvesteerd wordt in
bedrijfsmiddelen mits dit bedrag meer is dan
2000. Deze aftrek van 10% geldt echter alleen
indien de winst (zonder toepassing van de aftrek)
niet meer dan 60.000 bedraagt. Is de bedoelde
winst meer dan 60.000, f 70.000, 80.000 of
90.000, dan is de aftrek slechts resp. 8, 6, 4 of
2 percent. Indien de winst meer dan 100.000 be
draagt, bestaat geen aanspraak op aftrek.
Met betrekking tot deze regeling vinden de be
palingen van de investeringsaftrek en de investe-
ringsbijtelling overeenkomstige toepassing. Dit be
tekent onder meer dat de bedrijfsmiddelen
welke in artikel 11 zijn uitgezonderd ook voor de
zelfstandigenaftrek uitgesloten zijn en dat bij ver
vreemding binnen 6 jaar een bijtelling dient te ge
schieden.
BUITENGEWONE LASTEN
De regeling van de aftrek wegens buitengewone
lasten wordt sterk gewijzigd. Voor elke categorie
35