1971: EEN JAAR VAN GROTE BETEKENIS
VOOR ONZE LAND-EN TUINBOUW
Hoewel de indeling van de tijd in kalenderjaren
een betrekkelijk kunstmatige zaak is, willen wij
aan het begin van het nieuwe jaar toch poneren
dat 1971 voor onze land- en tuinbouw van grote
betekenis kan worden.
Op economisch zowel als op politiek gebied
staat er heel wat te gebeuren.
Laten we eens een poging wagen tot een voor
beschouwing, ter inleiding van de vraag of de
perspectieven voor de landbouw er beter of slech
ter op zullen worden.
HET E.E.G.-BELEID
De landbouwpolitiek staat in 1971 voor moeilijke
beslissingen. De heer Mansholt heeft in de E.E.G.-
ministerraad aangekondigd in februari met een
derde visie van zijn structuurhervormingsplan te
zullen komen, met daaraan gekoppeld voorstellen
tot aanpassing van de landbouwprijzen. Er is in
middels wel zoveel bekend over Mansholt's opvat
tingen, dat we aannemen dat de prijsaanpassing
in zijn voorstellen zeer bescheiden zal zijn. Boven
dien zou bij voorbeeld een verhoging van de richt
prijs voor melk zónder verhoging van de
interventieprijzen voor boter en/of melkpoeder
maar een halve maatregel zijn, met overwegend
psychologische betekenis. Voor de boeren-
inkomens gaat het tenslotte om hogere prijzen
af-boerderij.
Uiteraard ziet dr. Mansholt dat zelf ook wel in
en daarom zou hij de prijsaanpassing willen com
pleteren met een systeem van inkomenstoeslagen.
We hebben daarover in deze rubriek al eerder onze
mening gegeven. Maar afgezien van onze mening:
het lijkt ons in de praktijk van de E.E.G.-politiek
vrijwel uitgesloten dat de zes landen het over een
dergelijk beleid eens zouden worden. Dit zou ech
ter tot gevolg kunnen hebben, dat het E.E.G.-land
bouwbeleid in de impasse blijft zitten of dat er op
z'n best een of ander compromis uitkomt. Aan de
andere kant is het echter duidelijk, dat de rege
ringen onder zware druk staan van hun eigen
agrarische achterban, om de positie van de boeren
te verbeteren. Men denke aan de acties in Noord-
Nederland en aan de demonstraties in Oost-Fries
land in december. Het wil er bij ons dan ook
nauwelijks in, dat de Raad wederom zijn toevlucht
zal zoeken in uitstel van werkelijke beslissingen.
NATIONAAL LANDBOUWBELEID
Intussen blijft het nationale landbouwbeleid voor
lopig nog van grote betekenis, en dan verstaan we
onder landbouwbeleid ook fiscale en sociale maat
regelen ten behoeve van de ondernemers in land-
B
en tuinbouw. In dit opzicht richt onze aandacht zich
vooral op de Kamerverkiezingen in april. Het lijkt
erop, dat bij de huidige regeringspartijen in toe
nemende mate begrip ontstaat voor de problemen
van de zelfstandigen. Ook in de verkiezingspro
gramma's komt dit tot uitdrukking. Het is verheu
gend, dat de verbetering van de positie der zelf
standigen in het gezamenlijke urgentieprogramma
van de drie confessionele partijen hoge prioriteit
heeft gekregen. Er zijn trouwens het laatste
halfjaar al diverse maatregelen genomen, die elk
op zich een stukje vooruitgang betekenen. De
saneringsregeling van het O. en S.-fonds is aan-
9