25 JAAR GELEDEN I /Wt« Jj^taawe| WSp 3 SfutfUvA do_ \tPwXS2sC. fkT»*TiW^ïJ_ AAT£.&lX~S-^F j f= Aottc"^_\/ bji»»' a Éj-roAT''! CIPCUWI SE i=H 6TAAT)fl4J)j c\P.q «LAP utAAT)®^' ^TAAT^Bt 5TAA7£__- Het plaatje dat we hier afdrukken vonden we als bijlage in het oktobernummer van jaargang 1945 van onze Raiffeisenbode. Het stamt uit de tijd van het „Machtigingsbesluit Geldzuivering, Staatsblad no. F 133 van 3 augustus 1945". De ouderen onder ons zullen ongetwijfeld hui veringwekkende verhalen weten te doen uit die tijd, toen al het geld moest worden ingeleverd en iedereen op zekere dag opnieuw moest beginnen met „het tientje van Lieftinck". We vroegen Terugblikker naar aanleiding van het prentje om commentaar op die periode, die zoveel heeft geëist van de werkkracht en het doorzettings vermogen van onze mensen. Zijn commentaar was verrassend genoeg gesteld in een wel wat andere stijl dan vijfentwintig jaren geleden gebruikelijk was, maar we willen u zijn speelse reactie niet onthouden. De redactie Kreupele Overpeynzinghe Wat dunkt ghy, sou t weer noodigh tveesen om so als vyfentwintigh Jaer geleên, toen t Landt in Vryheydt was herreesen t Geldt op Hoopen saem te voeghen en Dagh en Nagt tot laetste Kragt te swoeghen om, wat Regenten t juyste scheen te doen, hoe t Volck oock luydkeels kloeghde? Niets van t oudt Geldt mogt men houtve; maer kreegh nuw Geldt, dat t V er trouwe in onze Staet heel ras deedt groeyen: men sagh tot syn Verwonderingh het haest gheheel vergeete Dingh dat men Boomen maer oock Geldt moet snoeyen t Siet er soms naer uyt dat oock nogh nu ten Daeghe t Geldt so sieck is als een Hondt hoe kryghen wy de Saeck ghesondt? ick raedt ghy moet opnuw wat waeghen roep Lieftinck trug; hy weet wel ghoede Wyse U weer uyt het Moeras te heyse. Trughblicker 463

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1970 | | pagina 25