ra
WERELDRANGLIJST
In het nummer van 31 juli jongstleden publi
ceerde The American Banker de jaarlijkse lijst van
de 500 grootste banken ter wereld, gemeten naar
de hen toevertrouwde middelen (per eind 1969).
De Coöperatieve Centrale Raiffeisen-Bank nam op
de lijst van de eerste honderd banken de 80e
(v.j. 81e) plaats in. Hoger op de lijst komen de
Algemene Bank Nederland op de 49e (v.j. 57e) en
de AMRO-bank op de 58e (v.j. 69e) plaats voor.
De Coöperatieve Centrale Boerenleenbank staat
op de 103e (v.j. 111e) plaats, gevolgd door de
Nederlandsche Middenstandsbank op plaats 137
(v.j. 148).
Het toekomstig samenvoegen van de werkzaam
heden en belangen van de Utrechtse en Eind-
hovense organisatie veroorzaakt een aanzienlijke
verschuiving op de lijst van The American Banker.
Met een gezamenlijk tegoed per eind 1969 van
meer dan 4.377,6 miljoen dollar komt de nieuwe
combinatie dan op de 48e plaats te staan.
Tot de top tien van de lijst behoren niet alleen
een aantal grote Amerikaanse banken, maar ook
Barclays Bank, National Westminsterbank, Banca
Nazionale del Lavoro en de Westduitse Landes-
bank Girozentrale.
DIEPTEWERKING
Menigeen die in afwachting van uitvoeriger be
studering het juli/augustusnummer van onze Raif-
feisenbode alvast doorbladerde, sloeg even terug
naar bladzijde 306. Daar immers zou men bij ter
loops inkijken ongetwijfeld kunnen denken een
waardebon te vinden, omgeven door de bekende
sierlijke tierelantijnen welke waardepapieren ple
gen te sieren. Nadere beschouwing echter leverde
deze lezers niet het woordje „waardebon" op, doch
het veelbetekenende „waardevol".
Het ging hier, zoals u zich wel herinneren zult,
om een uitspraak van mr. R. J. van Beekhoff, voor
zitter van de raad van toezicht van de Centrale
Bank. Hij wees bij gelegenheid van het uitreiken
van de Raiffeisentrofee op de Algemene Vergade
ring op de grote waarde van ons maandblad. De
lay-out-ontwerper wist aan zijn woorden op ludieke
wijze een extra dimensie te geven, waardoor het
stukje de aandacht trok.
Wij hopen nu, dat vele lezers het zich ook per
soonlijk zullen aantrekken. Het is namelijk niet
voldoende dat directieleden van aangesloten ban
ken en hun staffunctionarissen het blad lezen,
hoewel zij met de stafleden van de Centrale Bank
en de vele andere relaties de kern vormen van de
lezerskring. In de toekomst zal meer dan ooit gelet
moeten worden op de dieptewerking van ons blad,
want de inhoud is vaak van groot belang voor elke
medewerker. Niet alleen als informatie over be
paalde onderwerpen zonder meer, maar ook als
bron voor de verdieping van de kennis van het bank
bedrijf in het algemeen en van de Raiffeisen-
organisatie in het bijzonder. Voor een goede com
municatie van boven naar beneden is kennisver
meerdering en begrip voor het werk en de proble
men die ermee samenhangen een noodzaak. Met
„dieptewerking" bedoelen wij dan ook, dat meer
dan ooit tevoren de personeelsleden van aange
sloten banken en van de afdelingen van de Cen
trale Bank geconfronteerd dienen te worden met
de Raiffeisenbode.
In de eerste plaats betekent dit, dat zij in de ge
legenheid moeten worden gesteld kennis te nemen
van de inhoud van het blad en dat het hen zal wor
den aangeboden. Waar dit al gebeurt zal regel
matig moeten worden aangedrongen op het kennis
nemen van de inhoud van het blad.
Lezen van de Raiffeisenbode is een essentieel
onderdeel van het werken bij een Raiffeisenbank.
Hij bevat informatie, die voor de meesten van be
lang is. En zelfs bij een zeer kritische keuze
staat er voor een ieder wel wat van waarde in de
Raiffeisenbode.
Ons maandblad is een vorm van communicatie,
die al vele jaren een nuttige functie heeft vervuld.
Verdere uitbreiding en verdieping van die functie
is gewenst, omdat met het groter worden van de
organisatie en het toenemen van de vraagstukken
op velerlei gebied de behoefte aan dit waardevolle
stuk communicatie toeneemt.
Dat kan op eenvoudige wijze door met dit blad
te doen, wat in een weliswaar enigszins versleten
maar toch nog zeer adequate uitdrukking wordt
gezegd. Lezen en doorgeven!
394