BEDRIJFSONTWIKKELING EN DE FHANCIERING VAN HET FRUTTEELTBEDRIJF Tijdens het vorige maand te Scheven ingen gebonden Tuinbouw congres, waarvan in dit nummer een kort verslag is opgenomen, hield de heer B. I 'arekamp, tuinbouw- deskimdige van de Centrale Bank een inleiding over een aantal aspecten van de bedrijfsontwikkeling en de financiering van het fruitteeltbedrjf. Hieronder geven wij een samenvatting van de%e inleiding. De bedrijfsontwikkeling in de fruitteelt voor zover hiermede de schaalvergroting en de ver hoging van de arbeidsproduktiviteit wordt voor gestaan gaat gepaard met een toename van de vermogensbehoefte. Deze toename wordt veroor zaakt door investeringen in duurzame produktie- middelen en uitbreiding van het werkkapitaal. In de financieringsbehoefte, welke ontstaat als gevolg van deze groeiende vermogensbehoefte en die van lange termijn is, kan worden voorzien door middel van eigen vermogen. De bijdrage in de financiering door middel van eigen vermogen is hierbij van overwegende bete kenis. Het verkrijgen van dit eigen vermogen via een beroep op de open kapitaalmarkt, biedt ook bij wijziging van de rechtsvorm van de onderneming in een N.V., gezien het bedrijfstype en de omvang van het fruitteeltbedrijf, praktisch geen perspectief. Mogelijk kan door samenwerkingsvormen de be hoefte aan vreemd vermogen worden beperkt en mogelijk zelfs het eigen vermogen worden vergroot. Het is echter de vraag, of op deze wijze op langere termijn kan worden bijgedragen tot een werkelijke oplossing van de financiering door middel van eigen vermogen. Uit het bovengestelde volgt, dat in het eigen vermogen door het bedrijf zelf zal moeten worden voorzien. De stelregel „Zelffinanciering is de be staansvoorwaarde voor de kleine en middelgrote bedrijven" is ook van toepassing voor het fruitteelt- bedrijf. Deze zelffinanciering kan worden geëffecteerd door de ingehouden winst (besparing uit inkomen). Deze toepassing is geheel afhankelijk van de ren tabiliteit van het bedrijf en de privé-uitgaven, waarbij deze laatste bij een goede rentabiliteit sterk worden verhoogd door de progressieve be lastingtarieven. De rentabiliteit van het gespecialiseerde fruit teeltbedrijf is gedurende de laatste jaren negatief (zie tabel 1), terwijl een herstel op korte termijn niet wordt verwacht. De mogelijkheden tot bespa ring zijn hierdoor niet of in geringe mate aanwezig geweest. Blijkens onderzoekingen van het L.E.I. is in het oogstjaar 1968/69 gemiddeld f 5.030,ontspaard in het gespecialiseerde fruitteeltbedrijf. Het oogst jaar 1969/70 zal gezien de opbrengstprijzen geen verbetering te zien geven. Mogelijkheden tot zelffinanciering zijn gedurende deze jaren dan ook niet of nauwelijks aanwezig geweest, terwijl die mogelijkheden voor de naaste toekomst niet hoog moeten worden aangeslagen. 423

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1970 | | pagina 37