wat anderen schrijven
nieuwe organisatie opgericht ,,Reise-service
G.m.b.H.".
Bij aansluiting van de plaatselijke banken bij de
reiscentrale zijn de voordelen aanzienlijk. De bank
krijgt voor haar bedrijfspolitiek de kans nieuwe
markten te ontwikkelen zoals de spaarmarkt, de
giromarkt, de deviezenmarkt en de kredietmarkt,
aldus het blad.
Het Duitse Raiffeisenverband heeft aansluitend
bij het initiatief van enkele provinciale organisaties
en in samenwerking met enkele progressieve lokale
banken het signaal voor een positieve ontwikkeling
van de sector Raiffeisenreizen gegeven.
Ook de Belgische Raiffeisenkassen zijn dit jaar
gestart met een Raiffeisencursus. 10 personen zijn
geselecteerd uit een groep van 120 kandidaten.
Bij zijn welkomstwoord gericht aan de cursisten
noemde de heer Pison, directeur-generaal van de
Centrale Raiffeisenkas, zich een gelukkig man
omdat de start van de cursus de realisatie bete
kent van een lang nagestreefd en noodzakelijk
project. Hij wees erop dat het welslagen van de
cursus in de eerste plaats afhangt van de inzet
van de deelnemers zelf.
De cursisten ontvangen allereerst een theore
tische opleiding van vier maanden. Wanneer die
voorbij is zullen de cursisten een lessenschema
met tien hoofdrubrieken hebben doorgewerkt:
spaargeld en giro, krediet, financiële technieken,
boekhouding, balans, diensten, organisatie en ad
ministratie, Centrale Kas Boerenbond en algemene
vorming. Om zich het geleerde zo goed mogelijk
eigen te maken worden de lessen afgewisseld met
gezamenlijke oefeningen en praktijklessen.
Begin november begint een tweede en zeer be
langrijke fase. Dan gaan de cursisten elk in een
drietal Raiffeisenkassen werken om de theore
tische kennis in de praktijk te verdiepen en de
nodige flair te verwerven in het dagelijkse werk.
Na deze stageperiode wordt kennis gemaakt met
de ,,mechanografische centra" en de provinciale
kantoren. Tenslotte zal eind maart een commissie
beoordelen of het getuigschrift verleend kan wor
den, aldus Raiffeisenecho van juli/augustus.
GROEI VAN
HET
TUINBOUW
BEDRIJF
Over het bovenstaande onderwerp werd door de
drie Centrale Landbouw Organisaties en de vak
technische organisaties in de tuinbouw op 2 en 3
september jongstleden te Scheveningen een con
gres gehouden.
Over de gevolgen van deze groei voor de be
drijfsontwikkeling en de financiering werd gedis
cussieerd in zeven secties, die zeven sectoren in
de tuinbouw vertegenwoordigden.
Voorafgaande aan dit beraad in de secties, werd
door prof. dr. F. W. J. Kriellaars een inleiding ge
houden over ,,De Groei van het Tuinbouwbedrijf".
Prof. Kriellaars constateerde, dat na een periode
van betrekkelijke economische rust, de ontwikkel
de landen sedert 1950 een onafgebroken periode
kennen van snelle en aanhoudende economische
groei.
Deze economische groei heeft ook consequen
ties voor de tuinbouwsector. Elk bedrijf, dus ook elk
tuinbouwbedrijf, dat op een rendabele wijze wil
voortbestaan, zal zich regelmatig moeten aanpas
sen aan de veranderingen en de nieuwe omstandig
heden.
Deze aanpassing gaat gepaard met omvangrijke
investeringen, welke gefinancierd dienen te wor
den. Voor deze financiering komen twee grote
vormen in aanmerking: het eigen risico-dragende
418