Onlangs verscheen het jaarverslag over 1969 van De Twaalf Gewesten. Met deze snelle ver slaglegging heeft deze groep wederom kans ge zien als een der eersten in het Nederlandse schadeverzekeringsbedrijf met de over het afge lopen boekjaar behaalde resultaten in de open baarheid te treden. Een prestatie die het vermelden waard is als men bedenkt, dat in het verslag bovendien reeds alle door de Verzekeringskamer voorgeschreven staten zijn opgenomen. Ook over de uitkomsten zelf en de presentatie daarvan val len goede dingen te zeggen. In het overzichtelijke en goed leesbare verslag wordt op openhartige wijze rekening en verantwoording afgelegd over het gevoerde beheer. Zo wordt ondanks het tot tevredenheid stemmende resultaat geenszins voor bij gegaan aan het feit, dat er ook tekenen zijn die tot voorzichtigheid nopen bij het geven van richting en vorm aan de snelle expansie die deze maatschappijen nu al sedert enkele jaren onder gaan. Het batig saldo vóór belastingen bedraagt 426.342,22 (v.j. 443.903,46). Daarbij wordt ech ter aangetekend, dat dit vrijwel onveranderde re sultaat werd geboekt over een met ruim 20 gestegen premie-inkomen. Er werd nl. een premie toename genoteerd van bijna twee miljoen gulden, waardoor de bruto premie steeg tot f 11.459.000, De beleggingen vermeerderden met f 1.862.000, tot f 8.461.000,mede als gevolg waarvan de interest steeg van 354.000,tot f 417.000, De schade gaf relatief een verheugende daling te zien nl. van 65 tot 60 van de verdiende bruto premie. Daartegenover staat, dat de kosten stegen van 13,8 tot 14,7% van de bruto premie. Het kostenpercentage wordt voor snel groeiende maat schappijen als De Twaalf Gewesten aanvaardbaar geacht ook al omdat het landelijk gezien be paald niet ongunstig is doch het streven van bestuur en directie blijft er bij voortduring op ge richt een relatieve kostenstijging te beperken en zodra mogelijk geheel te vermijden. In een uitvoerige analyse van het technische resultaat wordt duidelijk aangetoond, dat ondanks het tot tevredenheid stemmende bedrijfsresul taat waakzaamheid geboden is. Weliswaar werd over het verslagjaar nog een bescheiden technische winst geboekt, doch de cijfers wijzen onmiskenbaar uit, dat de uitkomsten van het ver zekeringsbedrijf in engere zin een dalende tendens vertonen. Het verslag refereert dan ook aan de wetmatigheden en vaktechnische regels waaraan juist het (schade)verzekeringsbedrijf onderworpen is. Geconstateerd wordt, dat geen verzekerings maatschappij ongeacht of zij met of zonder commerciële doelstelling werkt straffeloos zulke volstrekte noodzakelijkheden kan veronachtzamen, als bijv. spreiding van risico, selectie en passende tarifering. Juist voor maatschappijen als De Twaalf Gewesten, evenals onze banken handelend zonder de drijfveer van het winstoogmerk, geldt, dat het belang van leden/verzekerden grote aandacht krijgt. Behalve door billijke premies en een goede schade-afwikkeling, wordt dat belang ook in bij zondere mate gediend door het verschaffen van zekerheid m.b.t. het nakomen der aangegane ver plichtingen. Die zekerheid wordt onder meer bevorderd door de winstbestemming. De extra waarborgen der ga rantiemiddelen het eigen vermogen geven per de balansdatum opnieuw een niet onbelangrijke 310

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1970 | | pagina 20