WMMMMMWQtM
opening bijkantoor Groningen
dieten was uitgezet aan agrarische coöperaties
in Drenthe en Groningen. Deze uitzettingen wer
den door de lokale banken in Groningen en Drenthe
en de Centrale Bank gezamenlijk gedaan.
Per 1.1.1965 was het bedrag gestegen tot 152
miljoen, terwijl per 1.1.1970 de 301 miljoen werd
overschreden. De krachtige groei van de coöpe
raties kon financieel volledig worden begeleid.
Voor de provincie Groningen kan worden vastge
steld dat het accres aan spaar- en rekening-
courantgelden tussen 1.1.1950 en 1.1.1970 geheel
in eigen kring is uitgezet aan particulieren en be
drijven. Het aantal banken bedroeg per 1 januari
1950 nog 71; dit aantal was tot 60 gedaald per
1.1.1970, die samen echter 135 vestigingspunten
in de stad en in de provincie Groningen onder
houden.
Behalve uit de groei van de gezamenlijke ver
mogensvoorziening ter financiering van Drentse
en Groningse coöperaties door de aangesloten
banken en de Centrale Bank kan de betekenis van
het Bijkantoor Groningen worden afgeleid uit de
groei van de omzet bij dit kantoor. De omzet be
liep in 1952 f 82 miljoen, was in 1960 gestegen tot
haast f 550 miljoen, passeerde in 1966 de f 1 mil
jard en liet in 1969 een cijfer zien van ruim f 1,6
miljard.
Omdat de Martinitoren in Nederland niet al
leen als een symbool van de stad Groningen
maar ook van de provincie Groningen wordt be
schouwd, werd bij deze gelegenheid tot behoud
van de Martinikerk een dotatie van 10.000,aan
het Restauratiefonds gedaan, waartoe drs. Von
Meyenfeldt een cheque tot gelijk bedrag uit han
den van dr. Verhage ontving.
,,Mr. Van Beekhoff dankte de inleider voor het houden van zijn causerie en sloot
nadat gebleken was dat niemand bij de rondvraag het woord verlangde, de Alge
mene Vergadering".
Zo beëindigden wij in het vorige nummer de reeks verslagen van gebeurtenissen
op de Algemene Vergadering. Maar daarmede deden wij onszelf ernstig tekort. De
voorzitter van de vergadering zei meer in zijn slotwoord en omdat de redactie ijdel
genoeg is elke gelegenheid aan te grijpen om de Raiffeisenbode onder de aandacht
te brengen laat zij hieronder nog een alinea uit het slotwoord van de heer Van
Beekhoff volgen:
,,Toen ik, dames en horen, de heer Haverkamp op het podium zag staan ter ge
legenheid van de uitreiking van de Raiffeisentrofee, kwam mij in de gedachten dat
de heer Haverkamp ook hoofdredacteur is van onze Raiffeisenbode"Ik zou u
willen adviseren dit blad vooral te lezen. Het is een uitstekend maandblad ge
worden. Velen van u zullen veel literatuur te verwerken krijgen, maar sla do lezing
van dit blad niet over, want het heeft een hoogst waardevolle inhoud".
306