tussen 40 en 50 waren de motieven achtereenvol gens: reserve voor onvoorziene gebeurtenissen, voorzieningen voor de oude dag, ziekte, vakantie, reizen, opvoeding, huishoudelijke apparaten, eigen zaak, meubelen, auto, kleding en hobbies. Natuur lijk zijn voor de groep van 20 tot 30 jaar de voor zieningen voor de oude dag minder belangrijk dan voor de oudere groepen. Maar voor alle catego rieën blijken er in principe twee motieven te be staan om te sparen, aan de ene kant het streven naar verzekering tegen het onvoorzienbare: ziekte, ongelukken, de oude dag en aan de andere kant wordt gespaard voor doeleinden die in het directe gezichtsveld liggen: vakantie, reizen, auto, kleding etc. Het Raiffeisen-Anlage-Fahrplan 70, opgezet door de Centrale Bank van Würtemberg tezamen met het Duitse Raiffeisenverband, werd in januari ge ïntroduceerd, aldus Deutsche Genossenschafts- kasse van februari 1970 en Raiffeisen Rundschau van februari 1970. In de Duitse Raiffeisenorgani- satie werd al vroeg ingezien, dat met het oog op de economische ontwikkeling een vergroting van de reeds aanwezige beleggingsmogelijkheden nood zakelijk was. Het principe van de coöperatieve beleggings adviezen is: objectieve, uitgebreide en aan de cliënt aangepaste adviezen. Onder objectieve ad viezen verstaan de Raiffeisenbanken dat de be langen van de cliënt op de voorgrond moeten staan; onder aangepaste adviezen dat de finan ciële, fiscale en overige omstandigheden bij de beschouwing betrokken worden. Om een dergelijk plan met succes te kunnen uitvoeren werden in de afgelopen twee jaar alleen al in Würtemberg 700 directeuren en werknemers van Raiffeisenbanken vertrouwd gemaakt met beleggingsadviezen. Ter ondersteuning van de Raiffeisenbanken en de cliënten werd een team van beleggingsadviseurs gecreëerd. Het gehele plan bestaat uit drie delen: ver mogensopbouw, vermogensbelegging en vermo gensbeheer. Het Raiffeisen-Anlage-Fahrplan 70 is zodanig opgebouwd, dat de niet-deskundige ge makkelijk zijn keuze kan doen uit de diverse mo gelijkheden. Inmiddels gaat de Duitse zusterorganisatie nog een stap verder door bij haar beleggingsadviezen een I.B.M.-computer in te schakelen, welke in het Raiffeisen-rekencentrum in Stuttgart staat opge steld. Basis voor de adviesgeving is een zeer ge detailleerd vragenformulier, waarin men vragen aantreft over de gezinssamenstelling, beroep, be reidheid tot het nemen van risico's, spaardoel, be zittingen etc. Door een team van I.B.M. en van de Beratungsdienst van het Raiffeisenverband in Würtemberg werd een computerprogramma opge steld. Bij de verwerking van de formulieren en het opstellen van beleggingsadviezen worden regel matig gegevens en adviezen betreffende de beleg gingsmogelijkheden ingebracht door de Deutsche Genossenschaftkasse, aldus Bankbetriebliche Infor mation. De deelnemer ontvangt van het Rekencen trum een computerbrief, welke hij eventueel met de beleggingsadviseur kan doorspreken. 281

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1970 | | pagina 47