I een toekomstige structuurontwikkeling Verkorte weergave van de toespraak van dr. A. J. Verhage voor de Algemene Vergadering van de Centrale Kas voor Landbouwkrediet van de Bel gische Boerenbond op 19 mei 1970. Een instelling als de uwe en de onze is geen doel op zichzelf, doch een middel om aan de leden krediet te verschaffen tegen relatief gunstige voor waarden en op een wijze dat de bedrijfsvoering met de vorm van het krediet zo goed mogelijk is gediend. Door de huidige hoogte van de rente worden de kosten voor het bedrijf aanzienlijk hoger dan vroe ger het geval was. Dit betreuren coöperatieve kredietinstellingen wel, doch zij kunnen het alge mene rentepeil niet verlagen. Wanneer wij naar de kredietnemer kijken, dan kunnen wij vaststellen dat in de gehele sector van het midden- en kleinbedrijf, dus ook in de land- en tuinbouwbedrijven, behoefte bestaat aan advies ten aanzien van de wenselijkheid van bepaalde in vesteringen. ADVIEZEN BIJ INVESTERINGEN Naar mijn mening moet dit advies niet door de kredietgever worden verstrekt maar door een in stelling welke zelf geen kredietgever is. De kre dietgever dient echter zijn beslissing over de finan ciering van een noodzakelijke investering niet alleen te baseren op de aangeboden zekerheids constructie en op de vermogenspositie, maar even zeer op het inkomen dat redelijkerwijze uit een dergelijke investering mag worden verwacht. Wanneer de bedrijfsresultaten gunstig worden beoordeeld, is het naar mijn opvatting toch nog een taak van een coöperatieve kredietinstelling de betrokken ondernemer in zijn bedrijfsvoering te adviseren. Stadhuis te Leuven 199

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1970 | | pagina 13