financieel overzicht balans kon slechts worden verkregen met behulp van een aantal krampachtige restrictieve maat regelen. Zo werd midden 1966 een prijs- en loonstop van kracht terwijl bovendien de nodige fiscale en monetaire maatregelen genomen werden, welke zo stringent waren dat hieruit naar men zegt een stagnatie voortvloeide. versobering niet op de overheid van toepassing De uitgaven van de overheid lieten overigens allerminst een stagnatie zien. In de jaren 1966, 1967 en 1968 groeiden de overheidsbestedingen in reële termen uitgedrukt (dus afgezien van prijs stijgingen) met 4,7% respectievelijk 10,2% en 4,1 deze groeicijfers staan in schrille tegen stelling tot de reële groei van het bruto nationale produkt, welke slechts 1,7% respectievelijk 0,5% en 3,5 bedroeg. Hierdoor werd van overheids wege een stimulans gegeven aan de bestedingen, waartegenover geen produktievergroting stond. devaluatie enige uitweg Eén en ander werkte remmend op de export en bevorderde de import. In 1967 was er bovendien een langdurige havenstaking welke sterk remmend werkte op de uitvoer. De kwade gevolgen bleven niet uit en het jaar 1967 liet een betalingsbalans- tekort van 400 miljoen zien. Na lang aarzelen werd in november van datzelfde jaar het pond sterling met 14,3% gedevalueerd. Het vertrouwen in deze sleuteldevaluatie had in de hieraan voor afgaande periode het ene dieptepunt na het andere bereikt. De indruk bestaat dat de Britse regering met name onder de druk der omstandigheden tot dit besluit gekomen is, zonder een aangepast pakket aan restrictieve maatregelen ter beschik king te hebben. Tot maatregelen welke de binnenlandse vraag moesten afremmen, kwam het eerst in de loop van het jaar 1968. De gevolgen van dit trage handelen waren desastreus. Een sterk toegenomen binnen landse vraag deed de importen naar volume ge meten met 10,6% toenemen en naar waarde ge meten met ruim 23 Ondanks het feit dat de export, mede dank zij de devaluatie, sterk toenam (naar waarde met 22 resulteerde er een aan zienlijk tekort op de lopende rekening. In feite waren de door de devaluatie bereikte resultaten door een sterk toegenomen binnenlandse vraag volledig opgeteerd. de eerste zwaluw In het licht van deze teleurstellende ervaringen vormt het eerder besproken jaar 1969 een duidelijk lichtpunt. Men is er kennelijk in geslaagd de be- stedingsgolf in te dammen. Een tweetal factoren heeft mogelijk een extra aansporing tot de be zuinigingsmaatregelen gegeven. Allereerst zijn het de hoge eisen welke het I.M.F. heeft gesteld, toen deze organisatie Engeland een lening van 1 miljard verschafte ter consolidatie van andere schulden. Voorts zal een verbeterde economische ontwikkeling een gunstig perspectief bieden voor de verkiezingen welke in het uiterste geval in 1971 zullen plaatsvinden. Tenslotte mag niet uit het oog worden verloren, dat er bij een mogelijke toetre ding tot de E.E.G. stringente eisen zullen worden gesteld. Het reeds eerder vermelde gunstige resultaat op de handels- en betalingsbalans werd bereikt door een complex van maatregelen gericht op een bestedingsbeperking. Gebleken is dat de toepassing van fiscale maat regelen een extra impuls gaven aan de loon- en prijsspiraal. Om inflatoire tendensen tegen te gaan, heeft men in 1969 bijzondere zorg besteed aan het beperken van de hoeveelheid geld in omloop en het accent gelegd op de geld- en krediet- politiek. toekomst onzeker Nu de handels- en betalingsbalans ten goede is gekeerd, vragen velen zich af hoe lang deze ont wikkeling zal voortgaan. Oorzaken van de verbete ring zijn tweeërlei, namelijk bestedingsbeperking en de voortgaande bedrijvigheid in de landen welke belangrijke afnemers van Engelands pro- dukten zijn. De toekomstige afzetmogelijkheden zijn afhankelijk van de groei in de andere landen. De verwachtingen hieromtrent zijn geleidelijk wat gematigder geworden. In het algemeen wordt ver wacht dat de anti-inflatoire maatregelen welke genomen werden om kostenstijgingen tegen te gaan en de bestedingen te beperken, ook zullen leiden tot een afremmen van de groei. Bovendien steekt inmiddels het inflatiespook in Engeland weer de kop op, hetgeen niet alleen betekent het 122

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1970 | | pagina 28