EXTERNE CONTROLE In verschillende artikelen is de laatste tijd aan dacht besteed aan de interne organisatie bij de banken en tevens aan de interne controlemogelijk heden welke daaruit voortvloeien. Er ligt uiteraard een duidelijk verband tussen de interne controle bij de bank en de externe controle, welke in onze organisatie wordt uitgevoerd door de afdeling Inspectie van de Centrale Bank. Het is nog niet zo verschrikkelijk lang geleden, dat de afdeling Inspectie de controle geheel ba seerde op eigen waarneming. Door de storm achtige ontwikkeling van onze banken na de oor log, nam het te controleren materiaal dermate toe, dat, om te beginnen bij de bescheidencontrole, be perkingen moesten worden opgelegd. Dit proces verliep geleidelijk, naarmate er meer banken kwamen, welke in omvang toenamen en dus door personeelsgroei tot arbeidsverdeling kwamen. Nu was het ook in die jaren al zo, dat incidenteel ge bruik gemaakt werd van interne controlemogelijk heden bij de banken. Een meer systematische aanpak van de interne controle, als steunpunt voor de externe controle, dateert echter pas van het vorig jaar. Enerzijds werd dit ingegeven door de opvattingen dienaan gaande in de accountantswereld, anderzijds door de bepalingen in het „Wetsontwerp betreffende de jaarrekening van ondernemingen", dat consequen ties inhoudt ten aanzien van de wijze van contro leren. Uit het Wetsontwerp, de toelichting en de aan vullingen daarop, alsmede uit de voorgestelde wij zigingen van bepaalde artikelen van het Wetboek van Koophandel, blijkt, dat een coöperatieve ver eniging in het algemeen binnen 6 maanden na af loop van het boekjaar, de jaarrekening, balans, verlies- en winstrekening en toelichting voor zien van een verklaring van een registeraccountant, ter goedkeuring moet voorleggen aan de algemene vergadering. Dit houdt onder meer in, dat de afdeling Inspec tie de werkzaamheden anders zal moeten indelen. Vooruitlopend op de definitieve wet zal er reeds in 1970 zoveel mogelijk naar worden gestreefd de jaarrekeningen vóór 1 juli te controleren. In de tweede helft van het jaar volgt dan een periodieke controle, welke in principe gezien moet worden als een voorbereiding op de controle van de volgende jaarrekening. In dit verband is het duidelijk, dat de 90

Rabobank Bronnenarchief

T06 | 1970 | | pagina 44