AFZETMODERNISERING MAAKT
LANDBOUWPOLITIEK NIET OVERBODIG
Vorige keer citeerden we uit een brochure van
het Landbouwschap over het plan-Mansholt o.m.
deze zin: Ondernemerschap, schaalvergroting en
samenwerking zijn de wachtwoorden voor de toe
komst". Wij willen op dit thema wat verder door
gaan, waartoe te meer reden is omdat ons op het
ogenblik dat we dit schrijven nog geen nieuws uit
Brussel over de behandeling van het mini-plan
Mansholt" bekend is. Het zou trouwens ook niet
juist zijn om het in deze rubriek altijd over land
bouwpolitiek te hebben. Hoe belangrijk deze ook
is, de ontwikkelingen in het bedrijfsleven worden
(gelukkig) nog steeds voor het grootste deel be
paald door de initiatieven van ondernemers. Dit
geldt voor de produktie en voor de afzet, voor het
individuele bedrijf en voor samenwerkende be
drijven. Het is overigens merkwaardig, dat vele
ondernemers die voor hun eigen bedrijf scherp
zakelijk denken, in emotionele redeneringen verval
len zodra het er om gaat bepaalde functies van het
bedrijf gezamenlijk met anderen te gaan uitoefenen.
Ook als dat samengaan wordt voorgeschreven voor
de schaalvergroting die onze maatschappij ken
merkt.
VOLLEDIGE INTEGRATIE
In de Nieuwe Rotterdamsche Courant konden we
onlangs lezen, dat we moeten ophouden met
agrarisch denken. Er zal aldus de landbouw
kundige medewerker een volledige integratie
van het agrarische bedrijf, de industrie en de
consumentenvoorziening moeten worden opge
bouwd. Voorbeelden hiervan vinden we nu reeds
in de pluimveehouderij en in de contractteelt. De
N.R.C.-medewerker (de heer C. F. Roosenschoon)
merkt op, dat de rechtstreekse inschakeling van de
landbouw bij de proviandering van de winkels de
mogelijkheid van ongelofelijke produktievergrotin-
gen opent, echter uitgevoerd door een zeer be
perkt aantal bedrijven. Het bestaan van honderd
duizend kleine en middelgrote zelfstandige boeren
wordt hierdoor ondergraven.
De heer Roosenschoon betoogt, dat het juist
het marktrisico is dat de boer parten speelt. Hij
zoekt dus in de eerste plaats in eigen kring naar
middelen om die kwetsbaarheid te verkleinen. Aan-
en verkoopverenigingen, coöperatieve verwer
kende industrieën, leveringscontracten enz. zijn
daarvan de bewijzen. De moeilijkheid is, dat men
daarmede de markt toch niet voldoende kan be
heersen en dit zal wel moeten leiden tot verder
gaande integratie. De overgrote meerderheid van
de boerenstand staat daar nog afwijzend tegenover
en daarom wordt gezocht naar vormen welke niet
de bedoeling hebben de kool en de geit te sparen,
maar welke de agrarische producent zijn bedrijfs-
verantwoordelijkheid laten behouden, zonder hem
aan de willekeur van de markt over te leveren.
Tot zover de beschouwing van de heer Roosen
schoon.
ENORME VERANDERINGEN
Ook van de andere zijde worden we gewezen
op nieuwe ontwikkelingen op de weg van produ
cent naar consument. Een topfunctionaris van het
Albert Heijn-concern zei, tijdens een inleiding voor
Zeeuwse agrariërs, begin januari te Middelburg,
63