De eerste bijeenkomst van de begeleidingsgroep Opleiding aangesloten banken", onder voorzitterschap van ir. J. W. Hudig. opleiding personeel aangesloten banken oen taak waaraan voortdurend nieuwe elementen worden toegevoegd. Kort samengevat zou men kunnen zeggen, dat het eerste element met name betrekking heeft op het overdragen van kennis van het bankvak en dat het tweede element vooral het karakter draagt van het „leiden" en „begeleiden" van medewerkers. Het zal nu tot de taak van de begeleidingscom missie behoren bezig te zijn met de samenhang en de completering van deze categorieën van op leidingen en voorts aan te geven wat hierbij het typisch eigene voor de plaatselijke banken is en wat beter of efficiënter door de Centrale Bank kan worden gedaan. Als kernpunt kwam daarbij steeds naar voren, dat het de directeur van de aange sloten bank zal moeten zijn, die een goede orga nisatie moet scheppen met communicatie, dele gatie enz., zodat een gezonde voedingsbodem ont staat, waarop hetgeen in cursussen aan vaktech niek is geleerd, tot bloei kan komen. Daarom werd het noodzakelijk geacht, dat de directeuren van de aangesloten banken in groter verband betrokken worden bij deze vraagstukken. Om deze eerste stap te kunnen zetten, zullen de directeuren wor den uitgenodigd aan daarop gerichte bijeenkom sten deel te nemen. Een circulaire met nadere mededelingen hierover is reeds aan de aange sloten banken toegezonden. Uiteraard zal men in eerste instantie moeten beginnen met een beperkt aantal bijeenkomsten, maar het ligt in de bedoe ling, allen die de wens hiertoe te kennen hebben gegeven, te zijner tijd voor een dergelijke bijeen komst uit te nodigen. In deze eerste bijeenkomst van de begeleidings groep werd een begin gemaakt met de behande ling van de vraag, welke behoeften aan „techni sche" scholing bij de aangesloten banken bestaan. Besloten werd dat naast de organisatie van direc teurenconferenties een inventarisatie zal worden gemaakt van de opleidingsbehoeften en van de activiteiten, welke op dit terrein reeds door de Centrale Bank en sommige aangesloten banken worden ontplooid. Het is duidelijk, dat de begeleidingsgroep nog een omvangrijke taak te wachten staat, en wij zien met veel belangstelling de verdere voorstellen te gemoet. 556

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1969 | | pagina 38