financieel overzicht tatief passen in het vergrote EEG-gebied. Enerzijds wordt de produktiecapaciteit vergroot, anderzijds wordt het vrije afzetgebied verruimd. Zo wordt het huidige aantal inwoners van de EEG van 185 mil joen met meer dan 55 miljoen zielen vergroot. Van het aantal werkenden in de EEG (naar schat ting 74 miljoen) is 43 werkzaam in de industrie, 15% in de landbouw en 42% in de dienstver lenende sectoren. In Engeland daarentegen is slechts 3 werkzaam in de landbouw, 47 in de industrie en 50 in de dienstensector. Het bruto nationale produkt van de gemeen schap wordt met ruwweg éénderde vergroot. Enge land is een der oudste industriële naties met bij zonder veel grote industrieën en zal zonder twijfel een belangrijke bijdrage leveren tot de totale in dustriële capaciteit. Men behoeft maar te denken aan de staalindustrie, welke de totale EEG-pro- duktie met éénvierde deel zal doen toenemen, aan de chemische industrieën en de machine-industrie. Toetreding van Engeland zal tot een accentver schuiving in de EEG aanleiding geven. West-Duits- land en Engeland zouden gezamenlijk naar schat ting 2/3 deel van de totale industriële produktie van de EEG voor hun rekening nemen. Veel wordt ook geschermd met het hoge peil van technisch kunnen, de ,,know how" die de Engelse technici zullen inbrengen in de gemeen schap. Men spreekt wel over geavanceerde tech nologische industrieën. Daarnaast zijn echter de factoren produktiviteit en loonpeil bijzonder be langrijk voor de vraag of de Britse industrie op de tot nu toe sterk beschermde eigen markt en op die van de EEG-landen zal kunnen concurreren. De vraag blijft in hoeverre de Britse industrie comple mentair is ten opzichte van de andere Westeuro- pese landen. Het openbreken van de Britse markt kan in bepaalde gevallen sanerend werken op be paalde industrietakken. Een geheel bijzonder vraagstuk is dat van de landbouwprodukten. Het gaat hierbij niet alleen om het afbreken van onderlinge tariefmuren maar ook om het accepteren van het in de EEG ge voerde prijs- en financieringsbeleid (structuurver- beterende maatregelen, financiering van over schotten enz.). Aanvaarding van het in de EEG bestaande stelsel zou de kosten van levensonderhoud in Engeland naar schatting met circa 3,5 doen toenemen. Voordat het echter zo ver zal zijn, zullen tal van vraagstukken moeten worden opgelost. GELDMARKT Van de ruim f 2,8 miljard welke in de maand oktober in verband met de revaluatie van de Duitse mark de Nederlandse geldmarkt overstroomde, verdween in de eerste week van november weer ongeveer 1,2 miljard naar het buitenland. Vrij algemeen wordt in de markt aangenomen, dat 1 miljard van het binnengekomen bedrag geld is dat in Nederland thuishoort en dat tot de datum van de te betalen vennootschapsbelasting in het buitenland was belegd. Dit betekent dat rekening moet worden gehouden met de mogelijkheid dat nog ruim 500 miljoen buitenlands vluchtkapitaal (hot money), als de omstandigheden daartoe aan leiding geven, aan de markt kan worden onttrok ken. Wanneer dit zal gebeuren valt uiteraard niet te voorspellen; de indruk bestaat wel dat althans een gedeelte van de hiervoor genoemde 500 miljoen op wat langere termijn in Nederland is be legd. Vooral de per 18 november te storten 7-jarige Staatslening 1969 a 8 kan in dit verband worden genoemd. Bovenstaande ontwikkeling heeft de zorgen van de financiële autoriteiten omtrent de forse stijging van het netto buitenlands actief, welke hun noop ten tot het opnieuw aankondigen van krediet- beoerkingen met betrekking tot de uitzettingen in het buitenland, aanzienlijk verminderd. Het gedurende de eerste helft van dit jaar toe nemen van het netto buitenlands actief deed de Nederlandsche Bank er destijds toe besluiten de deviezenbanken per 2 juli te verzoeken het netto buitenlands actief te beperken tot de stand per ultimo mei 1969 of tot de gemiddelde stand per ultimo maart en april. Daarnaast was er sprake van een plafondregeling volgens welke het netto buitenlands actief gedurende het tweede halfjaar van 1969 gemiddeld 10% beneden dit maximum bedrag dient te liggen. Blijkens een brief van de Nederlandsche Bank van 11 november is de per 2 juli aangekondigde maatregel voorlopig opge schort en de reeds in werking getreden plafond regeling van het buitenlands actief verzacht. Het saldo van het Rijk bij de Nederlandsche Bank onderging in de afgelopen periode een zo danige verbetering dat het Rijk ruimschoots in 548

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1969 | | pagina 30